User manual

• Als u nog vragen hebt die niet door deze gebruiksaanwzingen zn
beantwoord, neem dan contact op met onze technische dienst of ander
technisch personeel.
Voorbereidingen voor de montage
Neem alstublieft het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies" in acht!
Waarschuwing! Uitsluitend een erkende vakman (elektricien), die
vertrouwd is met de desbetreende voorschriften (bv. KEMA), mag het
product installeren! Door ondeskundig werken onder netspanning brengt
u niet alleen uw eigen veiligheid, maar ook die van anderen in gevaar! Als
u niet over de nodige vakkennis beschikt om zelf te monteren, laat dit dan
aan een vakman over.
• Voer de installatie van het product alleen b droge, onweervre
weersomstandigheden uit.
• Monteer de vloerinbouwlamp alleen op een stabiele ondergrond.
• De vloerinbouwlamp moet ter plekke met een 10/16 A-zekering worden gezekerd.
Daarvoor moet een aardlekschakelaar (dierentieelschakelaar) zn aangebracht.
• De installatie van de vloerinbouwlamp mag uitsluitend worden uitgevoerd als
de betreende stroomgroep spanningsvr is. Het is niet voldoende, alleen de
lichtschakelaar uit te schakelen!
• Schakel de stroomtoevoer compleet af, door de desbetreende zekering van
het circuit eruit te halen resp. de slagpenzekering uit te schakelen. Schakel
vervolgens de bbehorende aardlekschakelaar uit. Beveilig de zekeringskast tegen
ongeautoriseerd hernieuwd inschakelen, bv. door een waarschuwing aan te
brengen.
• Controleer in ieder geval voor begin van de installatie, of de stroomvoerende
leiding, waaraan de vloerinblouwlamp moet worden aangesloten, daadwerkelk
spanningsvr is! Gebruik een geschikt meetapparaat.
Montage en aansluiting
Neem de informatie in hoofdstuk "Voorbereidingen voor de montage" in
acht!
Let erop dat tdens het maken van de montagegaten resp. tdens het
vastschroeven geen kabels of leidingen (ook waterleidingen) worden
beschadigd.
• Schroef de binnenzeskantschroeven met de
meegeleverde binnenzeskantsleutel eruit en verwder
de afdekking van de lamp van edelstaal.
• Verwder het lampenglas met de rubberen afdichting.
• Verwder de eronder liggende schroeven met een
geschikte schroevendraaier en scheidt de behuizing
van de lamp van edelstaal van de montagebehuizing
van plastic.
• Gebruik de montagebehuizing als vormsjabloon, om
de montageopening in beton of metselwerk voor te
bereiden en te maken.
• Voorzie de montageopening aan het onderste uiteinde
van de benodigde geleidingsbuizen voor de elektrische
leidingen.
• B een bodemmontage in vochtige omgevingen
is een 30 cm dikke drainagelaag van grind/split
voor de afwatering onder het diepste punt van
de vloerinbouwlamp nodig. Indien mogelk is de
aanleggen van een directe afvoer in de bodem van de
montageopening een verdere afwateringsoptie. B de
wandmontage is een afwatering niet nodig.
• Om de correcte afwatering te testen, steekt u de
montagebehuizing in de montageopening en vult u
deze met water. Controleer de td. Als al het water na
30 minuten volledig is afgelopen, werkt de afwatering
correct.
• Plaats de montagebehuizing zo in de montageopening,
dat de kabel later makkelk er doorheen geleid kan
worden. U kunt de montagebehuizing indien nodig ook
in beton plaatsen.
• Steek de stroomkabel met passende overstand door de
kabelopening in de montagebehuizing en, indien nodig
voor andere aansluitingen, nog en kabel weer naar
buiten.
Houd hierb rekening (alleen nodig b bestelnr. 1398969) met de juiste
positie van de schroefdraadboorgaten, zodat de afdekking van de lamp van
edelstaal later in de juiste positie staat. Als h in beton wordt geplaatst, kan
de montagebehuizing met de schroefgaten later niet meer gedraaid worden
voor het positioneren van de lampafdekking.
• Steek de in de lampbehuizing ingebouwde
kabeldoorvoering van rubber met een geschikt, puntig
en rond voorwerp er doorheen.
• Steek de stroomkabel door de kabeldoorvoering in de
behuizing van de lamp.
• Indien nodig zorgvuldig afdichten met silicoon om
ervoor te zorgen, dat het beschermingsniveau (IP67)
gewaarborgd wordt en blft.
• Als de tweede doorvoering niet nodig is, blft deze
gesloten met behulp van een kabel kabeldop. Indien
nodig met silicoon afdichten.
• Als u meerdere vloerinbouwlampen parallel aan wilt
sluiten, dient u de uitgaande kabel in de behuizing van
de volgende lamp te steken.
• U kunt tot 10 vloerinbouwlampen parallel aan één
stroomkabel aansluiten en gemeenzaam bedienen.
10 mm
6 mm
• Verwder de buitenste isolatie van de stroomkabel
op een maximale lengte van ongeveer 16 mm. Strip
elk van de drie draden van de stroomkabel op een
lengte van ongeveer 6 mm. De kabel van de randaarde
(geel-groene kabel) moet tenminste 6 mm langer zn,
zodat h in geval van storingen als laatste kabel in het
kroonsteentje blft zitten.
• De nulleider is aan de met "N", de stroomgeleidende
draad (fase) aan de met "L" en de aarde aan de met " "
gemarkeerde klem van het kroonsteentje te bevestigen.
• Trek de lampentting en het kroonsteentje uit de
behuizing van de lamp.
• Sluit de kabel voor de stroom in de volgende
vloerinbouwlamp op dezelfde plekken (parallelle
schakeling) aan.
• Verwder de borgring van de lampbevestiging.
• Verwder de beschermkap van de lampentting en
plaats de lamp (niet mee inbegrepen) in de tting en
vergrendel deze in de tting.
• Steek de tting met de bekabeling in de behuizing van
de lamp.
• Plaats het verlichtingsmiddel op de behuizing van
de lamp en bevestig deze door het plaatsen van de
borgring in de bevestigingsgroef.
• Plaats de behuizing van de lamp in de juiste richting
in de ingebouwde montagebehuizing en schroef
beide weer aan elkaar vast met behulp van een
schroevendraaier.