Operation Manual

2.5
NLD_UD30152_1
Fonction Stop and Start (X61 - F61 - K61 - Renault)NLD_NU_960-1_FK61ph2_Renault_2
FUNCTIE STOP AND START (2/3)
Bijzondere gevallen
Wanneer de motor afslaat terwijl het sys-
teem in werking is, trapt u het koppelingspe-
daal volledig in om de motor weer te starten.
Schakel altijd de functie Stop
and Start uit voordat u werk-
zaamheden in de motorruimte
uitvoert.
Omstandigheden waarbij de
motor niet op stand-by wordt
gezet
Onder bepaalde omstandigheden kan het
systeem de motor niet op stand-by zetten.
Dit is het geval als:
de achteruitversnelling is ingeschakeld;
de motorkap niet is vergrendeld;
de buitentemperatuur te laag of te hoog
is (lager dan circa 0 °C of hoger dan circa
30 °C);
de accu onvoldoende geladen is;
het verschil tussen de temperatuur in de
auto en de ingestelde temperatuur van
de thermostatische airconditioning te
groot is;
de functie “helder zicht” is ingeschakeld,
als de auto hiermee is uitgerust (raad-
pleeg de paragraaf “thermostatische air-
conditioning” in hoofdstuk 3);
de temperatuur van de koelvloeistof te
laag is;
het roetfilter automatisch wordt gereinigd;
of
...
Het waarschuwingslampje
op het
instrumentenpaneel waarschuwt u dat de
motor niet in stand-by kan gaan.
Voordat brandstof wordt getankt, moet
de motor worden afgezet (en niet op
stand-by worden gezet): u moet de
motor afzetten (raadpleeg de paragraaf
“Starten, stoppen van de motor”).