REMKO RM RM 226, RM 235, RM 252, RM 268, RM 326, RM 335, RM 426, RM 435 Wand-kameraircotoestel in Split-uitvoering Bediening · Techniek · Wisselstukken Uitgave NL – T05
Inhoud Veiligheidsaanwijzingen 4 Bescherming van het milieu en recyclage 4 Garantie 4 Transport en verpakking 5 Beschrijving van het toestel 5 Bediening Uitdienstname 6-12 13 Service en onderhoud 13-14 Storingsverhelping en klantendienst 15-16 Montageaanwijzing voor het vakpersoneel 16-19 Installatie 19 Dichtheidscontrole 21 Condensaansluiting 21 Elektrische aansluiting 21-22 Elektrisch aansluitschema 23 Elektrisch schakelschema 24-26 Voor de indienstname 27 Koelmiddel toevoe
REMKO RM Veiligheidsaanwijzingen Lees voor de eerste indienstname van het toestel de werkingshandleiding zorgvuldig door. U krijgt nuttige tips, aanwijzingen alsook waarschuwingsaanwijzingen voor gevarenafwending voor personen en goederen . Het verkeerde gebruik van de handleiding kan tot gevaren leiden voor personen, het milieu en de installatie en daarmee ook tot het verlies van mogelijke aanspraken.
Transport en verpakking Het toestel wordt in een stabiele transportverpakking geleverd. Controleer svp het toestel direct bij de levering en noteer eventuele schade of ontbrekende delen op de leveringsbon en informeer de transporteur en Uw contractuele partner. Voor latere klachten kan geen waarborg aanvaard worden.
REMKO RM Systeemopbouw Binnenbereik A Binnenbereik C Binnentoestel C Binnentoestel A Condensleiding Condensleiding Binnenbereik D Binnenbereik B Binnentoestel B Binnentoestel D Condensleiding Condensleiding Buitenbereik Inspuitleiding Inspuitleiding Zuigleiding Zuigleiding Stuurleiding Stuurleiding Vervloeierventilator Nettoevoerleiding Afsluitventielen Buitendeel De verbinding tussen binnentoestel (A, B, C, D) en buitendeel (aansluiting kring A, B, C, D van het buitendeel gebeurt met koel
Bediening Het binnentoestel wordt comfortabel met de seriematige infrarood-afstandsbediening bediend. De overeenkomstige gegevensdoorgave wordt van het binnentoestel met een signaaltoon verlaten. Indien een programmering via de infrarood-afstandsbediening niet mogelijk is, kan het binnentoestel ook manueel bediend worden. Manuele bediening Aanduiding aan het binnentoestel De binnentoestellen kunnen manueel in werking genomen worden.
REMKO RM Toetsen van de afstandsbediening 2. koelmodus In deze modus wordt de warme kamerlucht op de gewenste temperatuur afgekoeld. Toets „TIMER UIT“ Met deze toets wordt de automatische uitschakeltijd van het toestel binnen de volgende 24 uur geogrammeerd 3. ontvochtigingsmodus In deze modus wordt de kamer overwegend ontvochtigd, de ingestelde temperatuur behouden. Toets „HR“ Met deze toets worden de uren ingesteld. 4. Verwarmingsmodus De verwarmingsmodus is niet mogelijk.
Toetsenfuncties De doorgave van de instellingen wordt door een symbool in het display aangegeven. Klaar zijn van de afstandsbediening Het klaar zijn van de afstandsbediening wordt door het knipperende punt op de afstandsbediening gesignaleerd. RESET Toets Door indrukken van de RESET-toets binnen het batterijvak kan de afstandsbediening teruggezet worden. Daarna is de tijd te programmeren (zie „CLOCK toets“).
REMKO RM ▲/▼ Toetsen De toets ▼ maakt de verlaging mogelijk van de gewenste theoretische temperatuur, de toets ▲ de verhoging. In automatische modus kan de temperatuur met 1°C verhoogd resp. verlaagd worden. In ontvochtigingsmodus is geen temperatuurinstelling mogelijk.
Modus ONTVOCHTIGEN In modus ontvochtigen wordt de kamertemperatuur tot 24°C verminderd. Op basis van de geringe koelmiddeltemperatuur wordt het dauwpunt van de lucht aan de lamellenwisselaar onderschreden. De overbodige vochtigheid van de lucht condenseert aan de verdamper, de kamer wordt ontvochtigd. Het ventilatortoerental kan theoretisch op automatisch ingesteld zijn, om een maximale ontvochtiging te bereiken. De ventilator wordt in automatische werking in intervallen in- en uitgeschakeld.
REMKO RM SLEEP Toets Met deze toets wordt een programmering geactiveerd, waarmee de theoretische temperatuur in koelmodus na een uur met 1 °C en na 2 uur met 2 °C verhoogd wordt. Het toestel wordt automatisch na 8 uur uitgeschakeld. SLEEP TIMER Toetsen TIMER Toets EIN SLEEP SLEEP Met deze toetsen wordt een in- resp. uitschakeltijd geprogrammeerd. Door indrukken van de toets timer aan resp. timer uit, wordt de timer geactiveerd en de uurtijdaanduiding verdwijnt. Het timersymbool naar inresp.
Manuele luchtverdeling Op de luchtuitlaatzijde bevinden zich individueel instelbare lamellen voor horizontale luchtverdeling. Manuele luchtverdeling OPGELET Binnen liggende, zich bewegende toestelbouwdelen, vb. de ventilator, vertonen tijdens de werking letselpotentieel! Enkel met uitgeschakelde Swingwerking wijzigingen doorvoeren. Verstelhefboom links Uitdienstname Service en onderhoud Definitieve Uitdienstname Tijdelijke uitdienstname 1.
REMKO RM TIP Zo waarborgt U telkens de werkzekerheid van de installatie! • • • • • • • • • Algemeen Spanning en stroom controleren functie compressor/ventilatoren controleren functie ventilatoren controleren Vervuiling vervloeier/verdamper koelmiddelvulhoeveelheid controleren Reiniging van de behuizingen aan het binnentoestel 1. Onderbreek de stroomvoorziening naar het toestel. 2. Open het luchtinlaatrooster aan de voorzijde en klap het naar boven. 3.
Storingsverhelping en klantendienst De toestellen en componenten worden met de modernste vervaardigingstechnieken gemaakt en meermaals op foutloze functie gecontroleerd. Desalniettemin kunnen nog functiestoringen optreden, controleer dus svp de functie volgens onderstaande lijst.
REMKO RM Storingsaanduiding door knippercode Aanduiding Oorzaak Wat te doen? E1 Sensor omgevingslucht binnentoestel defect Vakhandelaar contacteren E2 Sensor vorstbeveiliging binnentoestel defect Vakhandelaar contacteren E4 Koelmodus: Geen koelprestatie na 30 min.
Wanddoorbreking Kies de installatiesoort Wind ■ Er dient een wanddoorbreking van min. 70 mm diameter en 10 mm niveauverschil van binnen naar buiten gemaakt te worden per binnentoestel. Binnentoestel Wordt het toestel overwegend in windige omgevingen geïnstalleerd, dient er op gelet te worden, dat de uitstromende warmeluchtstroom met de voornaamste windrichting afgevoerd wordt. Is dit niet mogelijk, voorzie dan architectonisch eventueel een windbescherming.
REMKO RM Opstelling binnen een gebouw ■ Zorg voor een toereikende warmteafvoer, wanneer het buitendeel in de kelder, op het dak, in ruimten ernaast of hallen opgesteld is (afbeelding 5). ■ Installeer een extra ventilator, die over dezelfde luchtvolumestroom beschikt dan deze die in de kamer wordt opgesteld en de eventuele extra drukverliezen door luchtkanalen kan compenseren (afbeelding 5).
Installatie Olieterugstroommaatregelen Wordt het buitendeel op een hoger niveau geplaatst dan het binnentoestel, dienen gepaste olie terugstroommaatregelen getroffen te worden. Dit gebeurt in de regel door het vervaardigen van een oliehefboog, die per 2,5 stijgende meter te installeren is. Olieterugstroommaatregelen max.
REMKO RM 5. Controleer of de afvlakking een correcte vorm heeft (afbeelding 9). 6. Doe daarna de verbinding van de koelmiddelleidingen met de aansluiting manueel, om een juiste positionering te waarborgen. 7. Bevestig nu definitief de schroeven met 2 beksleutels met de gepaste sleutelwijdte. Hou tijdens het schroeven in elk geval met een beksleutel tegen (afbeelding 10). 8. Gebruik enkel voor het temperatuurbereik inzetbare en diffuusdichte isolatieslangen. 9.
Dichtheidscontrole Condensaansluiting Elektrische aansluiting Zijn alle verbindingen gemaakt wordt het manometerstation als volgt aan de overeenkomstige Schraderventielaansluiting en aangesloten, voor zover voorhanden: rood = klein ventiel = inspuitdruk blauw = groot ventiel = zuigdruk Op basis van de dauwpuntonderschrijding aan de verdamper komt het tijdens de koelwerking tot condensafzetting.
REMKO RM ■ Markeer de elektrische stuurleiding en de daartoe behorende koelmiddelleidingen van elk binnentoestel met dezelfde letter (A tot D). Sluit de leidingen enkel aan aan de aansluitingen, die met dezelfde letter gemerkt zijn.
Elektrisch aansluitschema RM 226 / RM 235 / RM 252 / RM 268 Binnentoestel kring A Buitendeel kring A L Buitenleiter N Neutraalleiding N 3 Stuurleiding Compressor 1 PE L Netstroomtoevoerleiding L L1 N N 230 V, 1~, 50 Hz, L1 / N / PE Binnentoestel kring B L Buitenleiter L N Neutraalleiding N 3 Stuurleiding Compressor 1 PE PE Buitendeel kring B Beveiligingsleiding PE Beveiligingsleiding RM 326 / RM 335 Binnentoestel kring A Buitendeel kring A Netstroomtoevoerleiding Binnento
REMKO RM Elektrisch schakelschema RM 226 AT / RM 235 AT B A B B Vervloeierventilator R A B W R W R G/Y Compressor B G/Y G/Y Compressorbeveiliging A B W O Compressor A C Compressorbeveiliging B Ventilatorbeveiliging A Gr C C C B A C Kleurenmarkering Gr A A B B A B C O Gr R W G/Y G/Y G/Y G/Y Naar binnentoestel A Naar binnentoestel B Netstroomtoevoerleiding = = = = = = = = bruin blauw zwart oranje grijs rood wit groen/geel RM 252 AT R A R O CAP W A VervloeiervenCAP t
RM 268 AT A B CAP R O A R O CAP Vervloeierventilator CAP Vervloeierven- CAP tilator R W W R W Compressorbeveiliging A G/Y B Gr A B Compressor B G/Y G/Y C B B A G/Y G/Y C Gr A B A Compressorbeveiliging B W Compressor A Kleurenmarkering G/Y A B C O Gr R W G/Y G/Y Naar binnentoestel A Netstroomtoevoerleiding Naa binnentoestel B = = = = = = = = bruin blauw zwart oranje grijs rood wit groen/geel RM 426 AT / RM 435 AT A B B B R O C W G/Y Vervloeierventilator A Ventila
REMKO RM Elektrisch schakelschema RM 326 AT / RM 335 AT A B B Compressor A W R O A R W W Compressor B G/Y G/Y C B R Compressorbeveiliging B W G/Y B Compressorbeveiliging A R A Gr A G/Y Compressor C W R O C G/Y Gr Ventilatorbeveiliging B C B C C A C Gr A A A B B G/Y G/Y Naar binnentoestel A Naar binnentoestel B Kleurenmarkering A B C O Gr R W G/Y B G/Y G/Y A B B Compressorbeveiliging C B Naar binnentoestel C = = = = = = = = bruin blauw zwart oranje grijs rood wit
Voor de indienstname Na succesvolle dichtheidscontrole is de vacuümpomp door middel van een manometerstation aan de ventielaansluitingen van het buitendeel (zie hoofdstuk „Dichtheidscontrole“) aan te sluiten en een vacuüm gecreëerd. worden en genoteerd in het indienstnameprotocol: Controle van alle koelmiddelleidingen en ventielen met lekzoekpray of zeepwater op dichtheid en op per ongeluk verwisselen van zuig- en inspuitleiding, bij stilstand van het toestel.
REMKO RM Indienstname AANWIJZING De indienstname mag slecht door speciaal opgeleid vakpersoneel uitgevoerd worden en overeenkomstig te documenteren. Nadat alle bouwdelen aangesloten en gecontroleerd zijn, kan de installatie in werking genomen worden. Ter beveiliging van de overeenkomstige functies dient voor de overgave aan de gebruiker een functiecontrole doorgevoerd te worden, om eventuele onregelmatigheden tijdens de toestelwerking te onderkennen.
ventilatorsnelheden en het omschakelen in de verluchtingsresp. ontvochtigingsmodus. 9. Controleer de functie van de condensleiding, door gedistilleerd water in de condenskuip te gieten. Het wordt aanbevolen hiervoor een bekfles te gebruiken, die het water in de condenskuip kan brengen. 10.Schakel het binnentoestel in de koelmodus. 11.Controleer tijdens de testloop alle regel-, stuur- en veiligheidsinrichtingen op functie en correcte instelling. bedieningshandleiding beschreven functies.
REMKO RM Afmetingen toestel RM 226 AT / RM 235 AT 350 315 RM 252 500 845 515 830 310 1240 615 285 RM 326 / RM 335 415 350 RM 268 575 930 515 830 310 1240 1240 390 RM 426 415 350 RM 435 575 930 1240 830 310 390 1240 515 Alle opgaven in mm Maat- en constructiewijzigingen, die tot technische vooruitgang dienen, behouden wij ons voor.
Toestelvoorstelling RM 226 IT tot RM 435 IT 11 10 9 7 1 6 4 8 5 2 3 12 Maat- en constructiewijzigingen, die tot technische vooruitgang dienen, behouden wij ons voor. Wisselstukkenlijst Nr.
REMKO RM Toestelvoorstelling RM 226 AT tot RM 268 AT 5 6 11 10 8 9 12 1 4 3 2 7 Maat- en constructiewijzigingen, die tot technische vooruitgang dienen, behouden wij ons voor. Wisselstukkenlijst Nr.
Toestelvoorstelling RM 326 AT tot RM 435 AT 5 6 11 10 9 8 12 1 4 3 2 7 Maat- en constructiewijzigingen, die tot technische vooruitgang dienen, behouden wij ons voor. Wisselstukkenlijst Nr.
REMKO RM Technische gegevens Bouwreeks RM 226 Werkingswijze RM 235 RM 252 RM 268 Multisplit wandkameraircotoestelcombinatie voor koelen Nominale koelprestatie kW 1) Energie-efficiëntieklasse koelen 1) Energie-efficiëntiegrootte EER 1) Inzetbereik (kamervolume), ca. m³ 2 x 2,62 2 x 3,56 2 x 5,25 2 x 6,89 B C C B 3,06 2,87 2,88 3,02 2 x 80 2 x 110 2 x 160 2 x 230 Koelmiddel R 410A Stroomvoorziening V/Hz Elektr. nominale prestatieafname koelen 1) Elektr.
Bouwreeks RM 326 Werkingswijze RM 335 kW Energie-effciëntieklasse koelen Energie-efficiëntiegrootte EER 2 x 2,62 1 x 3,56 3 x 3,56 4 x 2,62 4 x 3,56 C B B C 1) 2,95 3,02 3,02 2,87 2 x 80 / 1 x 110 3 x 110 4 x 80 4 x 110 1) Inzetbereik (kamervolume), ca. m³ Koelmiddel R 410A Stroomvoorziening V/Hz Elektr. nominale prestatieafname koelen 1) Elektr. nominale stroomafaname koelen Elektr. aanloopstroom, max.
REMKO in gans Europa … en ook vlak in Uw nabijheid! Maak gebruik van onze ervaring en advies Het advies door intensieve opleidingen brengen wij de vakkennis van onze adviseurs steeds op het laatste niveau. Dat heeft ons de reputatie ge-geven, meer te zijn dan enkel maar een goede, betrouwbare leverancier: REMKO, een partner, die problemen helpt op te lossen.