Operation Manual
REMKO
WARMTEPOMP-MANAGER
MULTITALENT & MULTITALENT PLUS
Omschrijving Waardebereik Fabrieksinstelling Beschrijving
WE 2 Buffer
(Vervolg)
00-03 00
Schakelgedrag:
De pomp wordt ingeschakeld als de temperatuur van
de vastebrandstofketel T-WE 2, de temperatuur van de
referentievoeler [voeler 12] met de hysteresewaarde [Hyst
Brander 2+5K] overstijgt. De pomp wordt uitgeschakeld,
als de temperatuur T-WE 2 met 5K onder deze
inschakeltemperatuur zakt.
Aanloopontlasting:
De pomp wordt uitgeschakeld, als de temperatuur van de
vastebrandstofketel T-WE 2 met 5K onder de ingestelde
grenstemperatuur Min T-WE 2 (zie specialistenmenu
Warmtegenerator) zakt. De pomp wordt weer
vrijgegeven, als de temperatuur T-WE 2 boven de ingestelde
grenstemperatuur Min T-WE 2 stijgt.
WE 3 Type
(Uitgang A8
Vrijgave 2e warmte-
generator)
00-09 01
•00 = Geen derde warmtegenerator (multifunctie MF 1).
•01 = Eéntraps warmtegenerator (schakelend).
•07 = Warmtepomp.
•08 = Koelen 1.
•09 = Koelen 2.
WE 4 Type
(Uitgang A9
Laadpomp binnen-
module)
00-09 00
•00 = Geen vierde warmtegenerator (multifunctie MF 2).
•01 = Eéntraps warmtegenerator (schakelend).
•07 = Warmtepomp.
•08 = Koelen 1.
•09 = Koelen 2.
Type buffer
0 0 - 0 2 0 0
Instellen van het soort reservoir voor de verwarmingsbuffer.
•00 = geen bufferreservoir voor de verwarming.
•01 = Bufferreservoir voor de verwarming [Voeler 02, 03].
Het activeren van warmtegenerator 1 richt zich naar de
voeler buffer boven [voeler 03].
De laadpompblokkering werkt op de sensor
Buffer Boven.
WW-laadpomp AAN: Buffer Boven > T-WW+5K hysterese.
WW-laadpomp UIT: Buffer Boven < T-WW.
•02 = Gecombineerd reservoir voor verwarmen en
warmwater.
Het activeren van warmtegenerator 1 richt zich naar de
voeler buffer midden [voeler 02].
WW-laadpomp AAN: T-combi > T-WW+5K hysterese.
WW-laadpomp UIT: T-combi < T-WW.
Configuratie - Vervolg
Niveau 4 - SPECIALIST - Beschrijving van de parameters en instelwaarden - Vervolg
28