Operation Manual

REMKO
WARMTEPOMP-MANAGER
MULTITALENT & MULTITALENT PLUS
0-10V I/O
Omschrijving Waardebereik Fabrieksinstelling Beschrijving
SPG Curve 00-11 11
Selectie van de spanningscurve voor de configuratie van de
spanningsin- en uitgang (voorgeprogrammeerde spannings-
curve of vrij instelbare curve 11).
Curve 11-U1 0,0 V-10,0 V 0,7 V
Met de parameters U1, U2, T1, T2 en UA kan een eigen
spanningscurve gedefinieerd worden.
•U = Spanning.
•T = Temperatuur.
•UA = Warmtegenerator Uit.
Vanaf deze spanning wordt de warmtegenerator uitgescha-
keld. UA moet buiten de geldige spanningswaarden liggen.
•U1 en T1 = Punt 1 van de spanningscurve.
•U2 en T2 = Punt 2 van de spanningscurve.
De lijn tussen de twee begrenzingspunten is de
spanningscurve.
Curve 11-U2 0,0 V-10,0 V
CMF/CMT 85 = 7,8 V
CMF/CMT 180 und
CMF 180 DUO = 10,0 V
Curve 11-T1 0,0-120,0 22,0 °C
Curve 11-T2 0,0-120,0
CMF/CMT 85 = 50,0 °C
CMF/CMT 180 und
CMF 180 DUO = 55,0 °C
Curve 11-UA
0,0V-10,0 V 0,0 V
De buitenmodule wordt met een 0-10V-signaal aangestuurd (Omzetten van het richtvermogen c.q. van de
modulatiegraad). De fabrieksinstelling van de volgende parameters mag uitsluitend in overleg met het REMKO-
productmanagement worden gewijzigd!
Dekvloer
Omschrijving Waardebereik Fabrieksinstelling Beschrijving
Dekvloer Aan/Uit Uit
Activering van het dekvloerprogramma (alleen voor mengcircuits)
Na de start gaat het programma de ingestelde
aanvoertemperaturen af. De geïntegreerde mengcircuits regelen
de ingestelde aanvoertemperatuur. De warmtepomp stelt
deze temperatuur onafhankelijk van de ingestelde bedrijfsmodus
ter beschikking. In het standaarddisplay wordt dit door de
meldingDekvloer“ en de weergave van de momenteel
geldende aanvoertemperatuur aangegeven.
Het dekvloer-programma start om 00:00 uur met de ingestelde
aanvoertemperatuur vanDag 1“ (de startdag wordt niet
meegeteld) en schakelt dan steeds om 00:00 uur over naar de
volgende dag.
De huidige dag wordt in het dekvloer-programma gemarkeerd
met eenx“.
Na het annuleren/bindigen van de functie gaat de regeling
door met verwarmen in de op dat moment ingestelde
bedrijfsmodus.
Dekvloerprogramma
Dag 1-28
10°C-60°C/----
Dag 1-3: 25°C
Dag 4-7: 55°C
Dag 8: 25°C
Dag 9: 40°C
Dag 10-19: 55°C
Dag 20: 40°C
Dag 21: 25°C
Dag 22-28: ----
Instellen van de gewenste temperaturen voor de betreffende
dagen.
De invoer „----“ beëindigt het programma (ook tijdens het
bedrijf dat voor de volgende dag geldt).
Niveau 4 - SPECIALIST - Beschrijving van de parameters en instelwaarden - Vervolg
De dekvloer programma mag uitsluitend in combinatie met de twee warmtebronnen. De bivalence is zeer af te dwingen, indien nodig.
!
ATTENTIE
36