Instructions
102
9. Ingebruikname
a) Carrosserie wegnemen
Trek de vier veiligheidsklemmen er uit en neem de carrosserie er naar boven toe af.
b) Antennekabel van de ontvanger aanleggen
Leid de antennekabel door het meegeleverde antennepi-
jpje en steek het in de overeenkomstige houder aan de
bovenzijdevandeontvangerbox,ziedepijlinderechter
afbeelding.
Voor een groot bereik is het noodzakelijk, dat de antenne
loodrecht uit het voertuig steekt, indien mogelijk.
Het is mogelijk dat de antennekabel bij levering van het
voertuigzichnogindeontvangerboxbevindt.Openindit
gevaldeontvangerbox,doordeveiligheidsklemmeneruit
tetrekken,zodathetdekselvandeontvangerboxerafkan
worden genomen.
Let er absoluut op dat de antennekabel niet wordt beschadigd. Maak de antennekabel nooit korter! Rol de
antennekabel nooit op! Dit heeft een grote invloed op het bereik!
c) Batterijen/accu‘s in de zender plaatsen
Open het batterijvak aan de zender en plaats hier of batterijen of volledig geladen accu‘s. Let op de juiste polariteit
(plus/+ en min/-), lees de tekst in het batterijvak. Sluit het batterijvak weer.
Neem hiervoor de afzonderlijk geleverde gebruiksaanwijzing voor de afstandsbesturing in acht.
d) Zender in gebruik nemen
Schakel de zender in en plaats de trimming voor de stuur- en rijfunctie elk in de middelste stand.
Mocht de zender over een dualrate-functie beschikken, moet deze worden gedeactiveerd resp. zo worden ingesteld
dat de stuuruitslag niet wordt begrensd.
Neem hiervoor de afzonderlijk geleverde gebruiksaanwijzing voor de afstandsbesturing in acht.