Instructions

88
Letookopdathetaanhetrichtingsroer(5)gevormdescharnier(6)hierbijineenvoorgemaaktegleufmoetworden
ingepastenhetrichtingsroerdaarbijnietkantelt,maarparallelmetderichtingsroerstabilisatorverloopt.
Controleerverderofeenmontageinovereenstemmingmetafbeelding3probleemloosmogelijkis.Idealitermoet
hierbijdevleugelwordengemonteerdendestaartvlakeenheidinovereenstemmingmetdeillustratieinafbeelding3
worden afgesteld.
Alsallesperfectis,moetdestaartvlakeenheidmet5-minutenepoxyharslijmaanderompwordengekleefd.
Brengeenbeetjelijmlinksenrechtsindeuitsparingvanderompaan.Trekdebeschermfolievanderompafen
breng beide delen samen.
Maakbeidedelenvasttotdelijmmetdekleefbandisuitgehardzodatdehoekvan90°t.o.v.devleugelwordtaange-
houden.Lijmrestenmoetenonmiddellijkwordenverwijderd.
b) Montage van de stuurstangen aan hoogte- en richtingsroeren
Plaats de roerhefbomen van de servo’s in een hoek van
precies 90° tot de servobehuizing.
Kort de stangen voor hoogte- en richtingsroer aan de dem-
pingsvlakken af door de vorkkoppen zodanig in- of uit te
draaiendatdedempingsvlakkenneutraalzijnenklikde
vorkkoppen in de roerhoorns vast (1 en 2).
Bijhoogte-enrichtingsroerenmoetendevorkkoppenvoor
de eerste vluchten in het buitenste gat van de roerhoorn
worden ingehaakt.
Decorrectewerkingwordtinhethoofdstuk„Controleren
vandebesturingsfuncties“verklaard.
c) Controle van de stuurstangen aan de rolroeren
De koppelingen van de rolroeren zijn reeds af fabriek
gemonteerd. Controleer bij ingeschakelde afstands-be-
diening of de roerhoorn van de servo (1) in een hoek van
90° t.o.v. de servobehuizing staat. Controleer ook of de
roerhoorns van de stuurstangen zich in de uiterste positie
van de roerhoorns (2) bevinden.
Bijneutralepositievantrimmingenstuurknuppelvanhet
rolroer moeten de rolroeren zich eveneens in neutrale
positiebevindenenafsluitenmet deachterzijdevande
vleugel. Als dit niet het geval is, moet u door het in- of
uitdraaien van de vorkkoppen worden verlengd.
De aansluiting van de rolroerservo wordt in het volgend
hoofdstuk„Montagevandevleugels“verklaard.Decor-
rectewerkingwordtinhethoofdstuk„Controlerenvande
besturingsfuncties“verklaard.
Afbeelding 4
Afbeelding 5