User manual
30
15.9 Functie „Throttle exponential“
Deze functie maakt de beïnvloeding van de gevoeligheid van de
gas-/remservo mogelijk. Daarbij wordt de lineaire weg tussen
signaalgever en servo in een niet lineaire (exponentiële) weg
veranderd. Een jngevoeliger sturen rondomde neutrale positie
is daarmee mogelijk. Demaximale stuuruitslagwordt hierbijniet
veranderd.
„Exp.“:
Deinstelbarewaardevandezefunctiebedraagt-100%tot100%,
waarbijdewaarde0%metdelineairebesturingovereenkomt.Een
wijzigingvandeinstelwaardewerktaltijdgelijkmatigaanbeidezij-
den van de servo-uitslagen.
Negatieve waarden verhogen de servouitslag rond de
middenstand.
„Rate“:
Hierwordtdehellingvandebochtingesteld.Deinstelbarewaarde
voordehellingvandebochtbedraagt0%tot100%.Hoelagerde
ingesteldewaarde,hoeminderdeservouitslag.
Selecteer de knop „Activeren“.
Selecteeraansluitenddetewijzigenparameter.Schuifderegelaarnaarrechtsoflinks,omdewaardeovereenkoms-
tiguwwensenaantepassen.Selecteerdeknop„Activeren“,omdeactuelewaardeopteslaan.Tikopdeknop
„Terug“aanomweerinhetvorigemenutebelanden.
15.10 Functie „Throttle curve“
Deze functie maakt de aanpassing van het gasresponsgedrag van
degas-/remservoineen5-puntscurvemogelijk.
Iedere individuele punt kunt u onafhankelijk van elkaar aanpassen.
Instelbaarzijnwaardenvan-100%tot100%.
Selecteerdeknop„Activeren“.Selecteeraansluitenddetewijzigen
parameter.Schuifderegelaarnaarrechtsoflinks,omdewaarde
overeenkomstiguwwensenaantepassen.Selecteerdeknop„Ac-
tiveren“,omdeactuelewaardeopteslaan.Tikopdeknop„Terug“
aanomweerinhetvorigemenutebelanden.
Afbeelding 19
Afbeelding 20