User manual

179
d) Controleren van de gyroscoopwerking
Schuif nu de stuurknuppel voor de pitch- en de hekfunctie (zie afbeelding 1, pos. 14) in de onderste positie en schakel
de zender in. Let daarbij op de correcte stand van de tuimelschakelaar voor de motor uit-functie (zie ook afbeelding 1,
pos. 17). Hij moet zich in de achterste stand „1“ bevinden zodat de aandrijfmotor van de helikopter niet kan aanlopen.
De tuimelschakelaar voor de 3D-instelling (zie ook afbeelding 1, pos. 4) moet zich in de voorste stand „0“ bevinden.
Sluit de vliegaccu aan de helikopter aan en wacht tot de gyroscoop het initialiseren heeft beëindigd. Tijdens dit proces
knippertdeLEDopdegyroscoopsnelenmagdehelikopternietwordenbewogenofgedraaid.Nadathetinitialiseren
is afgesloten beweegt de hendel van de staartservo zich in de middelste stand.
Stel de draairegelknop voor de gyroscoopgevoeligheid in de normale modus op ca. 80% in. De LED op de gyroscoop
brandt niet.
Wordtdestaartnuvanbovenafgezienmetdehandnaarlinksgedrukt,danmoetdestaartservoeenstuurbeweging
uitvoeren die de staart naar rechts zou drukken. De draaibeweging van de hendel aan de staartservo moet in dezelfde
richting gaan, wanneer bij de zender de stuurknuppel voor de staartfunctie naar links wordt bediend (afb. 22A).
Wordtdestaartnuvanbovenafgezienmetdehandnaarrechtsgedrukt,danmoetdestaartservoeenstuurbeweging
uitvoeren die de staart naar links zou drukken. De draaibeweging van de hendel aan de staartservo moet in dezelfde
richting gaan, wanneer bij de zender de stuurknuppel voor de staartfunctie naar rechts wordt bediend (afb. 22B).
Afbeelding 22
Stel de draairegelknop voor de gyroscoopgevoeligheid vervolgens in de AVCS-modus op ca. 80% in. De LED op de
gyroscoopzalnuoplichten.Wanneerunudestaartopzijbeweegt,moetdehendelvandestaartservozolanguitge-
stuurd blijven tot u de staart van de helikopter opnieuw manueel in de uitgangspositie hebt gebracht.