Operation Manual

www.rebox.tv
19
kanalen worden opgeslagen in de ontvanger.
Netwerk (GROENE Toets):
“Netwerk zoeken” Alle kanalen behorende bij een bepaalde “groep uitzendingen” worden
afgezocht, de gevonden kanalen worden opgeslagen in de ontvanger.
Transponder (GELE Toets):
De kanalen die worden uitgezonden via deze specifieke transponder worden gevonden en
opgeslagen in het geheugen van de ontvanger.
PID (BLAUWE Toets):
U kunt een specifiek kanaal zoeken door de correcte PID waarde in te vullen. Deze PID’s kunt u
vinden in de diverse satelliet bladen.
Kies de BLAUWE (PID) toets, Het PID scherm wordt weergegeven. Voer de PID waarde in en
kies nogmaals de BLAUWE toets. Kies BACK om de ingegeven waarde te verwijderen. U
kunt de waarden voor V-PID,A-PID en P-PID onafhankelijk van elkaar ingeven.
5.4.1 Kanalen zoeken
Voordat u een scan succesvol uit kunt voeren moet het signaal van de juiste satelliet worden ontvangen. U
kunt dit controleren m.b.v. het “Kanaal Instellingen menu: Aan de rechterzijde van het menu scherm ziet u de
signaal indicator. De bovenste balk geeft het signaal niveau weer, de onderste balk geeft de kwaliteit van het
signaal weer. In het geval dat het signaal correct wordt ontvangen ziet u hier 2 groene balken, zorg ervoor dat
deze balken maximaal uitslaan. Als deze balken voor minder dan de helft uitslaan dan is het signaal erg zwak,
dit kan inhouden dat u tijdens (lichte) regen beelduitval heeft.
Zolang de balken een rood streepje weergeven is het signaal niet gevonden, controleer in dit geval of alle
instellingen juist zijn (is de juiste satelliet in het menu gekozen? ) Als alle instellingen juist zijn, dan staat de
schotel waarschijnlijk niet goed uitgericht.
Zodra de twee balken voldoende uitslaan (Het ORANJE lampje op het voorpaneel van de ontvanger licht nu
op) kunt u m.b.v. de kleurtoetsen een scan starten. De ontvanger zoekt de kanalen en slaat deze op in de lijst
met kanalen. Tijdens het zoeken van de kanalen worden de gevonden kanalen weergegeven in het scherm.
Zodra het Scannen is beëindigd verschijnt er kortstondig een mededeling in beeld dat de kanalen worden
opgeslagen. Vervolgens kunt u een nieuwe scan starten (als u nog kanalen van een andere satelliet wilt
scannen, of kies BACK om terug te gaan naar het vorige menu.5.5 Motor Instellingen (Indien u gebruik maakt
van een gemotoriseerde schotel met DiSEqC 1.2 positioner)
5.5 Motor instellingen
Als u gebruik maakt van een DiSEqC 1.2 positioner dan moeten eerst de door u te ontvangen satellieten
worden geselecteerd, alvorens deze kunnen worden gescand.
LET OP:
Deze menu optie is uitsluitend beschikbaar indien u in het “LNB Instellingen” menu de “LNB
Schotel” veld de schotel op “Draaibaar” heeft gezet.. (Zie hiervoor “LNB Instellingen”)
Voordat u start:
1. Overtuig uzelf ervan dat de installateur het “0” graden punt van de motor correct heeft ingesteld.
2. Overtuig uzelf ervan dat de mechanische of elektronische “limieten’ correct zijn ingesteld om schade,
veroorzaakt door te ver OOST of WEST draaien, te voorkomen.
3. Kies een transponder met een relatief hoge symboolsnelheid om het vinden van de juiste satelliet
positie te vergemakkelijken.
Selecteren van de satellieten die u wilt ontvangen:
Gebruik de OP/NEER toetsen en selecteer het “Schotel Positie” veld in het “Kanaal
Instellingen” menu.
Kies de OK toets, het Schotel Instellingen” Menu zal worden weergegeven.
In het veld “Satelliet” ziet u de satelliet die u heeft ingesteld in het “Kanaal instellingen
menu, in het Schotel Instellingen” Menu kunt u de satelliet keuze dus niet wijzigen.