Operation Manual

68 RayChart 620 en 630
Systeem
instellingen
Heading (koers)
Selecteer graden magnetisch of waar (true) voor koersgegevens. De ingestelde
eenheid wordt gebruikt voor de weergave van alle koersgegevens, inclusief
informatie ontvangen van andere instrumenten in het systeem.
Magnetic Variation (magnetische variatie)
De standaard instelling voor magnetische variatie is Automatic, wat betekent
dat de variatie wordt berekend aan de hand van een magnetisch wereldmodel
voor het jaar en de huidige positie van uw schip.
Als er geen positie beschikbaar is, kunt u een specifieke variatiewaarde
instellen. Gebruik de trackpad om van Automatic naar een waarde om te
schakelen. Verhoog of verlaag de waarde daarna in stappen van 0.1°. Houd de
trackpad ingedrukt om de waarde sneller te veranderen.
Position Resolution (resolutie van positie)
Wanneer u met positiegegevens in lengte- en breedtegraad werkt, kunt u de
positiegegevens met twee of drie decimalen weergeven. U kunt ook TD
selecteren, zodat alle positiegegevens in Loran TD’s worden getoond.
TD Settings menu (TD instellingen)
Als u met een Loran positiebepalingsapparaat werkt, moet u de TD parameters
op de vereiste waarden instellen. De kaartplotter biedt de mogelijkheid de
volgende GRI nummers voor actieve Loran ketens te selecteren:
GRIGRI
GRIGRI
GRI
Keten (chain)Keten (chain)
Keten (chain)Keten (chain)
Keten (chain)
4990 Central Pacific (verouderd)
5930 Canadian East Coast
5970 Commando Lion (Korea) (verouderd)
5990 Canadian West Coast
7170 Saudi Arabia South (verouderd)
7930 Labrador Sea (verouderd)
7960 Gulf of Alaska
7970 Norwegian Sea (verouderd)
7980 Southeast US
7990 Mediterranean Sea
8970 Great Lakes
8990 Saudi Arabia North (verouderd)