Operation Manual

Hoofdstuk 7: Installatie 91
Montage van
de kaartplotter
6. Verwijder de knoppen en de beugel van de kaartplotter. Controleer of de
display goed in de uitsparing past.
7. Boor vier gaten van 5 mm op de afgetekende plaatsen.
8. Sluit de voedings-/datakabel, GPS invoer en andere kabels aan op het
apparaat (zie par. 7.5).
12
D3346-3
1 Afdichtring 2 Draadstangen (4 st.) 3 Knopmoeren (4 st.)
9. Schuif het apparaat in de uitsparing in het paneel. U kunt een geschikt
afdichtmiddel aanbrengen tussen de afdichtring (1) en het paneel, om te
voorkomen dat vocht het paneel binnendringt.
10. Bevestig de kaartplotter aan het paneel met behulp van de meegeleverde
vier draadstangen en vier knopmoeren.
7.5 Kaartplotter aansluiten
De kaartplotter heeft aan de achterzijde de volgende vier aansluitingen:
1. SeaTalk: twee 3-pens aansluitingen voor platte stekkers
2. Voeding: 7-pens mannetjes aansluiting
3. GPS SENSOR: 5-pens mannetjes aansluiting