Operation Manual
nl-27
7 BEDIENING
7.3.15 DE MAAI-EENHEID VERWIJDEREN ____________________________________
Voor het verwijderen van de maai-eenheid moet een
borggereedschap voor de hefarm worden gebruikt.
1. Gebruik het korte borggereedschap (B) voor het
borgen van de hefarmen 1, 4 en 5. Voor hefarm 1
moet het borggereedschap voor de hefarm tussen
hefarm nummer 1 en transportborghendel 4 worden
geplaatst.
Gebruik het lange borggereedschap (C) voor het
borgen van de hefarmen 6 en 7.
Gebruik het borggereedschap voor hefarm (D) voor
het borgen van de hefarmen 2 en 3.
2. Parkeer de machine op een vlakke, effen
ondergrond. Laat de maai-eenheid die moet
worden verwijderd op de grond zakken. Plaats het
juiste borggereedschap voor de hefarm tussen de transportgrendelpen van de hefarm en de
transportborghendel. Plaats de R-clip (A). Stel de
draairiem zodanig af dat de hefarm stevig in positie
vastzit. De maai-eenheid kan nu worden verwijderd.
U moet nog altijd opletten dat u niet over de hefarm
gaat staan.
3. Zodra de maai-eenheid is verwijderd, hebt u een
assistent nodig om het borggereedschap van de
hefarm te verwijderen voordat u de maai-eenheid
weer kunt plaatsen. De hefarm zal ongeveer 30 kg
opwaartse kracht hebben aan het uiteinde van de
hefarm. De hefarm moet naar beneden worden
gehouden zodat het borggereedschap kan worden
verwijderd. U moet uw lichaam uit de buurt van het
bovenbereik van de hefarm houden en de hefarm
dan traag omhoog bewegen naar de
transportpositie.
4. Het weer plaatsen gebeurt in de omgekeerde volgorde van het verwijderen.
WAARSCHUWING
De opgeslagen energie in de hefarmen kan
ernstig letsel veroorzaken. Alleen ervaren
personeel mag proberen de maai-eenheid te
verwijderen of de veer af te stellen.