Operation Manual

nl-65
8 ONDERHOUD EN SMERING
8.3 MOTOR: VENTILATIERIEM ______________________________________________
Ventilatieriem controleren en afstellen.
De ventilatieriem is zodanig afgesteld dat hij voldoende
spanning heeft om overmatige druk op de lagers van de
wisselstroomdynamo te voorkomen maar niet slipt op de
dynamopoelie. Volg onderstaande procedure om de
riemspanning halverwege tussen de krukas- en
dynamopoelies te controleren.
1. Maak de bout van het wisselstroomdynamo (A) los.
Deze bevindt zich aan de onderkant van het
wisselstroomdynamo.
2. Beweeg het wisselstroomdynamo om de riem
strakker of losser te maken, zodat een doorbuiging
van 7 tot 9 mm in het midden (B) wordt bereikt met
een belasting van 10 Kgf (98N/22lbs) voor een
nieuwe riem, en 8 tot 10 mm voor een gebruikte riem.
3. Zet de bouten weer vast.