Instructions

8
i
NL
6. Oneigenlijk gebruik
i
Gebruik de RolloPort garagepoortaandrijving
alleen in droge ruimtes.
De garagepoortaandrijving moet gemakkelijk met
de hand geopend en gesloten kunnen worden. Hij
mag niet klemmen.
Zorg ervoor dat de plafondrails altijd vet- en
stofvrij zijn. Vervuilde plafondrails hinderen een
feilloze werking.
Op de plaats van montage moet een vrij
toegankelijk 220 - 240 V/50 - 60 Hz stopcontact
aanwezig zijn.
5.1 Gebruiksvoorwaarden
De afstandsbediening met handzender en de
inbouw en het gebruik van het radiografische
DuoFern systeem en zijn componenten (bijv.
RolloPort SX5 DuoFern) is alleen toegelaten bij
installaties en apparaten waarbij een storing van
de zender of de ontvanger geen gevaar betekent
voor personen of zaken resp. waarbij dit risico door
andere veiligheidsinstallaties wordt afgedekt.
OPMERKING!
Radio-installaties die op dezelfde frequentie zenden,
kunnen de ontvangst storen.
Het gebruik van de garagepoortaandrijving voor
andere doeleinden dan de eerder genoemde is
niet toegelaten.
Dit geldt met name voor:
alle radiografische handzenders
de RolloPort SX5 DuoFern
het radiografisch systeem DuoFern en zijn
componenten
Gebruik de genoemde componenten nooit als
afstandsbediening voor apparaten en installaties
waaraan verhoogde veiligheidstechnische eisen
worden gesteld of waarbij een verhoogd onge-
vallenrisico bestaat. Hiervoor zijn bijkomende
veiligheidsinstallaties nodig. Houd rekening met
de betreffende wettelijke regelingen voor het
inrichten van dergelijke installaties.
Een gebrekkig onderhoud kan personen in ge-
vaar brengen door beschadiging van uw gara-
gepoortaandrijving, de bijbehorende veilig-
heidsinstallaties of de garagepoort zelf.
Neem de onderhoudsintervallen in acht,
zie pagina 12.
Controleer regelmatig de veiligheidsinstallaties,
zie pagina 12.
Het niet-opvolgen van de instructies uit deze
handleiding kan tot zwaar persoonlijk letsel
leiden, bijv. door het bekneld raken in de poort.
Volg alle instructies op. Het is uiterst belangrijk tijdens
het installatieproces deze gebruiks- en montagehand-
leiding op te volgen, om aan de veiligheidsvoorschriften
van de normen EN 13241-1, EN 12445 en EN 12453
te voldoen.
5. Beoogd gebruik
Monteer de garagepoortaandrijving nooit buiten.
De RolloPort garagepoortaandrijving mag voor
de volgende toepassingen niet gebruikt
worden:
in bedrijven
voor de aandrijving van andere voorwerpen
voor permanent gebruik
i