Operation Manual

16
Temperatuurstanden voor de kookplaat (B)
Als u in plaats van de vermogensstan-
den liever met de temperatuurstanden
werkt, gaat u door nogmaals op de
keuzetoets te drukken (I) naar
de temperatuurmodus.
De vooringestelde temperatuur (200 °C)
wordt aangegeven. Met de keuzetoets
(F) of de keuzetoets (H) kunt u nu
op elk moment de gewenste tempera-
tuurstand instellen resp. veranderen.
De gekozen temperatuurstand wordt
op het LED-display (G) aangegeven.
(Temperatuurstanden met intervallen
van 20 °C kiezen van 60 °C – 240 °C;
eventuele afwijkingen mogelijk).
Na de opwarmprocedure wordt
de temperatuur van het te
koken product (automatisch)
ongeveer constant gehouden
(afhankelijk van de ingestelde
temperatuurstand).
Het apparaat moet na ieder gebruik
uitgezet en de stekker uit het stopcon-
tact gehaald worden, (als de interne
ventilator de plaat afgekoeld heeft
en tot stilstand is gekomen) door de
stekker uit het stopcontact te trekken.
Laat het apparaat afkoelen tot kamer-
temperatuur, voordat u het reinigt en/
of opbergt.
Stand (1-5) Temperatuur [°C] Stand (6-10) Temperatuur [°C]
1 60 6 160
2 80 7 180
3 100 8 200
4 120 9 220
5 140 10 240
Aanwijzing: de opgaven kunnen eventueel afwijken.