Operation Manual
136
Afbeelding7
1
Gaasfilter;voorhetverwijderenvangroterestofdeeltjes.
2
3M™HAF-filter;omongezondedeeltjesuitdeluchtteverwijderen,zoalspollen,
bacteriën,dierlijke huidschilfers en stof.
3
Actiefkoolfilter;omgeurenteverwijderen.
FILTERS REINIGEN, INSPECTEREN OF VERVANGEN
FILTERS VERWIJDEREN (D 510 - D 512):
• Verwijderhetwaterreservoir(ziehoofdstukWATERAFVOERENVOLRESERVOIR)
• Openhetfilterdoorde2ondersteklemmennaarutoetetrekken.
• Verwijderhetgaasfilterdoormet2of3vingersstevigopdebovenkantervan
te drukken. Het gaasfilter zal buigen, zodat de twee bevestigingshaakjes aan de
bovenkant van het filter uit de gaatjes kunnen worden getrokken. Het gaasfilter is nu
los en kan eenvoudig worden verwijderd.
• Nuzijnhet3M
TM
HAF-filterenhetactiefkoolfilterzichtbaar.Verwijderbeidefilters.
FILTERS VERWIJDEREN (D 516 - D 520):
• Verwijderdefilterhouderdoordeklemmenaandelinker-enrechterkantnaarelkaar
toe te drukken. De filterhouder buigt dan en is nu gemakkelijk weg te nemen. Het
gaasfilter wordt zichtbaar.
• Verwijderhetgaasfilterdoordeklemmenaandelinker-enrechterkantnaarelkaar
toe te drukken. Het gaasfilter buigt dan en is nu gemakkelijk weg te nemen.
• Nuzijnhet3M
TM
HAF-filterenhetactiefkoolfilterzichtbaar.Verwijderbeidefilters.
Het gaasfilter moet regelmatig schoongemaakt worden met een stofzuiger om blokkering
van de luchtstroom te voorkomen. Dit filter hoeft niet regelmatig te worden vervangen.
Hetalarmsignaalvoorhetvervangenvanhetfilterbestaatuit3kortepieptonen,dieelk
halfuurherhaaldworden,totdathetalarmwordtgereset.InhetgevalvandeD516en
D520knippertdelichtringronddegebruikersinterface1maalpersecondeblauw.
Resethetfiltervervangingssignaaldoordeknoppen
en tegelijkertijd 2 seconden
ingedrukt te houden.
1










