Operation Manual

Downloaded from www.vandenborre.be
Het ijsvak ontdooien
Het ijsvak regelmatig en telkens wanneer het ijs meer dan 3 mm dik is geworden worden ontdooid.
1. Ontkoppel van de netvoeding.
2. Verwijder alle ijsvormen.
Controleer of de afdruipschaal correct onder het ijsvak is geplaatst.
3. Wanneer het vriesvak volledig ontdooid is kunt u de binnenzijde reinigen (zie reinigen en
onderhoud).
4. Sluit de deur en stop de stekker in het stopcontact.
5. Schakel de thermostaat naar de normale stand.
Tips bij het gebruik
REINIG en ontdooi regelmatig uw apparaat.
CONTROLEER af en toe de inhoud van de verschillende vakken.
CONTROLEER vers voedsel op goede kwaliteit en verzeker u ervan dat alles grondig is schoongemaakt
voordat u het in het apparaat legt.
VERPAK alle levensmiddelen in daarvoor geschikte plastic zakken of luchtdichte recipiënten en zorg
ervoor dat alle lucht eruit is verwijderd.
Bewaar geen giftige of gevaarlijke stoffen in het apparaat. Het is uitsluitend ontworpen voor
het bewaren van eetbare levensmiddelen.
Laat de deur niet lang openstaan omdat hierdoor het apparaat meer gaat verbruiken en
overmatige ijsvorming ontstaat.
Gebruik geen scherpe voorwerpen als messen om ijs uit het apparaat te verwijderen. Gebruik
uitsluitend een plastic schraper (niet meegeleverd).
Zet geen heet voedsel in het apparaat. Laat alles eerst afkoelen tot op kamertemperatuur.
Zet geen met vloeistof gevulde flessen of gesloten blikjes met koolzuurhoudende dranken in
het lage temperatuurvak omdat deze kunnen barsten.
REINIGEN EN ONDERHOUD
1. Ontkoppel van de netvoeding.
2. Verwijder alle inhoud.
3. Reinig de binnenwanden met een oplossing van lauw water en zachte detergent of van 5
ml natriumbicarbonaat per 0,5 liter warm water.
4. Reinig de buitenwanden met een schone spons of zachte doek en een oplossing van zachte
detergent in warm water.
5. Spoel zorgvuldig en veeg droog met een schone, zachte doek.
6. Zet alle recipiënten terug in.
7. Stop de stekker in het stopcontact.
PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN
U kunt het onderstaande nakijken voordat u contact opneemt voor een reparatie.
Het apparaat werkt niet.
Controleer of de stekker correct in een stopcontact is gestopt.
Controleer of het stopcontact onder spanning staat door er een ander apparaat op aan te sluiten.
Indien het andere apparaat werkt controleert u de zekering in de stekker van dit apparaat.
Het apparaat maakt lawaai tijdens de werking.
Controleer of het apparaat waterpas staat en niet met een ander apparaat of keukenmeubilair
in contact komt .
Het apparaat koelt niet voldoende.
Wanneer de deur te vaak geopend werd of een tijdje bleef openstaan, duurt het even voordat
het apparaat weer de ingestelde temperatuur heeft bereikt.