User manual
Storing Mogelijke oplossing
Zorg ervoor dat de druk van het water niet te hoog is.
Neem, indien nodig, contact op met het lokale water-
schap.
Controleer of de waterkraan niet verstopt is.
Zorg ervoor dat het filter in de toevoerslang niet verstopt
is.
Zorg ervoor dat de toevoerslang niet is geknikt of gebo-
gen.
Het apparaat pompt geen water weg. Controleer of de afvoer van de gootsteen niet verstopt
is.
Zorg ervoor dat de afvoerslang niet is geknikt of gebo-
gen.
Het beschermingssysteem tegen lekkage
is aan.
Draai de waterkraan dicht en neem contact op met de
service-afdeling.
Schakel het apparaat na de controles in.
Het programma gaat verder vanaf het punt
waar het werd onderbroken.
Als het probleem opnieuw optreedt, neemt
u contact op met onze service-afdeling.
Als de display andere alarmcodes aangeeft,
neemt u contact op met onze service-afde-
ling.
Als de afwas- en droogresultaten niet
naar wens zijn
Witte strepen of een blauwe waas op
glazen en serviesgoed.
• De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel
is te hoog. Stel de keuzeschakelaar van
het glansmiddel in op een lagere stand.
• Er is te veel vaatwasmiddel gebruikt.
Vlekken en droog water komen op
glazen en serviesgoed terecht.
• De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel
is niet voldoende. Stel de keuzeschake-
laar van het glansmiddel in op een hoge-
re stand.
• De kwaliteit van het vaatwasmiddel kan
de oorzaak zijn.
Het serviesgoed is nat.
• Het afwasprogramma bevatte geen
droogfase of een droogfase op lage tem-
peratuur.
• Het glansmiddeldoseerbakje is leeg.
• De kwaliteit van het glansmiddel kan de
oorzaak zijn.
• De kwaliteit van de gecombineerde vaat-
wastabletten kan de oorzaak zijn. Pro-
beer een ander merk of activeer het
glansmiddeldoseerbakje en gebruik het
glansmiddel samen met de gecombineer-
de afwastabletten.
Zie 'AANWIJZINGEN EN TIPS' voor an-
dere mogelijke oorzaken.
Activeer het glansmiddeldoseerbakje
als de multitabfunctie geactiveerd is
1. Druk op de aan-/uittoets om het appa-
raat te activeren.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus
staat. Zie ‘HET PROGRAMMA INSTEL-
LEN EN STARTEN'.
3. Druk tegelijkertijd op functietoetsen (B)
en (C) en houd deze toetsen ingedrukt
totdat de indicatielampjes van functie-
toetsen (A), (B) en (C) gaan knipperen.
4. Druk op functietoets (B).
• De indicatielampjes van de functie-
toetsen (A) en (C) gaan uit.
• Het indicatielampje van functietoets
(B) blijft knipperen.
• Het eindlampje gaat uit.
5. Druk op functietoets (B) om de instelling
te wijzigen.
• Het eindlampje gaat branden. Het
glansmiddeldoseerbakje is aan.
6. Schakel het apparaat uit om te bevesti-
gen.
7. Stel de hoeveelheid glansmiddel in.
8. Vul het glansmiddeldoseerbakje.
progress 13