Operation Manual

16 progress
gebak, brood en bakwaren van gistdeeg.
Gebruik van de ontdooifunctie
1. Druk voor het inschakelen van de oven
op de toets
.
2. Functie Ontdooien kiezen; druk daarvoor
op de toets Oven-functies
, tot het
symbool op het display verschijnt.
3. Het display geeft de melding “def”.
Adviezen
Bakken:
Bakgoed vraagt gewoonlijk om een ge-
middelde temperatuur (150°C-200°C).
Daarom dient de oven ca. 10 minuten lang te
worden voorverwarmd.
Doe de ovendeur niet open voordat drie-
kwart van de baktijd is verstreken.
Bak kruimeldeeg in een springvorm of op
een bakblik tot tweederde van de baktijd.
Vervolgens kunt u het garneren en afbakken.
De verdere baktijd hangt af van de soort en
hoeveelheid garnering of vulling. Biscuitdeeg
moet moeilijk van de lepel lopen. Door te
vloeibaar deeg zou de baktijd onnodig langer
duren.
Worden twee bakplaten met gebak tege-
lijkertijd in de oven geschoven, dan moet tus-
sen de platen een inzetniveau open worden
gelaten.
Worden twee bakplaten met gebak tege-
lijkertijd in de oven geschoven, dan moeten
de platen na ongeveer 2/3 van de baktijd van
boven naar beneden verwisseld en gedraaid
worden.
Braden:
Neem geen braadstukken die minder
wegen dan 1 kg. Kleinere stukken kunnen
tijdens het braden uitdrogen. Donker vlees,
dat van buiten goed gebraden maar van bin-
nen roze tot rood moet blijven, moet bij een
hogere temperatuur (200°C-250°C) worden
gebraden.
Licht vlees, gevogelte en vis hebben
daarentegen een lagere temperatuur (150°C-
175°C) nodig. Doe bij een korte bereidings-
tijd de ingrediënten voor de saus of jus direct
aan het begin in de braadslede. In andere
gevallen worden ze het laatste halfuur toege-