Operation Manual
20
HET GEBRUIK VAN EEN CALORIE-OEFENING
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
p
agina 17.
2. Selecteer een calorie-oefening.
Om een calorie-oefening te selecteren, drukt u her-
haaldelijk op de toets Calorie-oefeningen [CALO-
RIE WORKOUTS] tot de gewenste oefening ver-
schijnt in de display.
Als u een calorieoefening selecteert, knippert het
maximale hellingsniveau van de oefening in de on-
derste linkerdisplay, de maximale snelheidsinstel-
ling in de onderste rechterdisplay en het geschatte
aantal calorieën dat u zult verbranden in de boven-
ste display. Bovendien zal er een profiel van de
snelheidsinstellingen van de oefening verschijnen
in de display.
3. Voer uw gewicht desgewenst in.
Voor de meest accurate calorietelling dient u uw
gewicht in het bedieningspaneel in te voeren door
herhaaldelijk te drukken op de toetsen Gewicht
[WT.] verhogen of verlagen. Opmerking: nadat u
uw gewicht heeft ingevoerd, wordt deze in het ge-
heugen opgeslagen.
4. Begin met de oefening.
Druk op de toets Start of de toets Snelheidstoe-
name [SPEED] om met de oefening te beginnen.
Even nadat u op de toets heeft gedrukt, zal de
loopband zich automatisch aanpassen aan de eer-
ste snelheid en hellingsinstelling van de oefening.
Houd de handleuningen vast en begin met wande-
len.
Elke oefening is verdeeld in 1-minuut segmenten.
Er is één hellinginstelling en één tempo-instelling
geprogrammeerd voor elk segment. [Opmerking]:
Dezelfde snelheid en/of hellingsinstelling kan wor-
den geprogrammeerd voor opeenvolgende seg-
menten.
Tijdens het oefenpro-
gramma, wordt uw pro-
fiel weergegeven zodat
u
uw vorderingen kunt
volgen. De flikkerende
b
alk van het profiel stelt
het huidige oefeningseg-
ment voor. De hoogte
van het flikkerende segment geeft de weerstands-
instellingen voor het huidige segment weer. Aan
het einde van elk segment zal een reeks geluidjes
te horen zijn. Als een andere tempo-instelling en/of
hellinginstelling is geprogrammeerd voor het vol-
gende segment, dan zal de nieuwe tempo- en/of
hellinginstelling in het display knipperen en zal de
loopband zich automatisch aanpassen aan de
nieuwe tempo- en/of hellinginstelling.
Als de oefening is afgelopen zal de loopband ver-
tragen tot deze halt houdt.
Indien de snelheids- of hellingsinstelling tijdens de
oefening te hoog of te laag staat, dan kunt u de in-
stelling handmatig overschrijven door te drukken
op de toetsen Snelheid en Helling [INCLINE], als
het volgende segment van de oefening begint,
dan zal de loopband zich automatisch aanpas-
sen aan de snelheid en hellinginstellingen voor
het volgende segment.
Om op elk mogelijk ogenblik met de oefening te
stoppen drukt u op de toets Stop. Om de oefening
weer te starten, drukt u op de toets Start of op de
toets Snelheidstoename. De loopband begint bij
ongeveer 2 km/uur [Km/H] te bewegen, Als het vol-
gende onderdeel van de oefening begint, zal de
loopband zich automatisch aanpassen aan de snel-
heid en hellinginstelling voor dat volgende onder-
deel.
5. Volg uw voortgang op de displays.
Zie stap 6 op pagina 18.
6. Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 7 op pagina 19.
7. Als u klaar bent met de oefening dient u de
sleutel uit het bedieningspaneel te halen.
Zie stap 8 op pagina 19.
Huidig segment










