Operation Manual
VERMOGENSNIVEAUTABEL
Vermogensniveau Bereidingstype Gebruik van het niveau
(de indicatie hangt af van de ervaring en de bereidingsgewoonten)
Max. vermogen
Koken Snel verwarmen
Ideaal voor het snel verhogen van de voedseltemperatuur tot het snel aan de kook brengen in het geval
van water of het snel verwarmen van kookvloeistoffen
9-7
Bakken - koken
Ideaal voor braden, aan de kook brengen, bakken van diepvriesproducten, snel koken
Hoog vermogen
Braden - langzaam bakken -
koken - grillen
Ideaal voor langzaam bakken, actief aan de kook houden, koken en grillen (korte duur, 5-10 minuten)
7-5
Braden - koken - stomen -
langzaam bakken - grillen
Ideaal voor langzaam bakken, licht aan de kook houden, koken en grillen (middellange duur, 1
0-20
minuten), voorverwarmen
Middelhoog
vermogen
Koken - stomen - langzaam
bakken - grillen
Ideaal voor stomen, rustig aan de kook houden, koken en grillen (lange duur).
4-3
Koken - sudderen - verdikken -
roomsaus voor pasta maken
Ideaal voor langdurig koken (rijst, sauzen, braadstukken, vis) met vloeistoffen (bijv. water, wijn,
bouillon, melk), roomsaus voor pasta.
Ideaal voor langdurig koken (minder dan een 1 liter: rijst, saus, braadstukken, vis) met vloeistoffen
(bijv. water, wijn, bouillon, melk)
Laag vermogen 2-1
Smelten - ontdooien -
warmhouden - roomsaus voor
risotto maken
Ideaal voor het zacht maken van boter, langzaam smelten van chocolade, ontdooien van kleine
producten en het warmhouden van zojuist bereide gerechten (bijv. saus, soep, minestrone)
Ideaal voor het warmhouden van zojuist bereide gerechten, het maken van roomsaus voor risotto en
het warmhouden van serveerschotels (met inductiegeschikte accessoire)
NL10
Energiebesparing
Voor optimale resultaten adviseren wij:
• Gebruik potten en pannen waarvan de diameter v
an de bodem gelijk is aan de kookzone.
• Gebruik uitsluitend potten en pannen met een platte bodem.
• Laat indien mogelijk de deksels op de potten zitten tijdens het koken.
• Gebruik een snelkookpan om nog meer
energie en tijd te besparen.
REINIGING
WAARSCHUWING
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Controleer voor het reinigen of de k
ookzones uitgeschakeld zijn en dat de restwarmte-indicatie (“H”)
niet wordt weergegeven.
BELANGRIJK: Gebruik geen schuursponsjes of schuurmatjes. Door het gebruik hiervan kan het glas uiteindelijk beschadigd raken.
• Reinig de kookplaat na elk gebruik (wanneer deze is afgekoeld) om aanslag en vlekken door voedselresten te verwijderen.
• Suiker of voedsel met een hoog suikergehalte kan tot beschadiging van de kookplaat leiden en moet direct verwijderd worden.
• Door zout, suiker en zand kan het
glasoppervlak bekrast raken.
• Gebruik een zachte doek, absorberend keukenpapier of een specifieke kookplaatreiniger (volg de instructies van de fabrikant).