Operation Manual
33
Adviezen en tips
Nuttige adviezen
• Wasmachines kunnen beter niet
worden gebruikt als bewaarplaats
voor vervuild wasgoed.
Vochtig, gebruikt wasgoed bevor-
dert schimmelvorming en het ont-
staan van vlekken.
• Met name bij sterk geconcentreerde
poedervormige producten kunnen
problemen ontstaan bij het inspoe-
len (bijvoorbeeld resten in de was-
middelvakjes). In dit geval moeten
(indien aanwezig) de in de wasmid-
delverpakking meegeleverde do-
seerhulpmiddelen worden gebruikt.
• Door de huidige wasmiddelen
(vloeibaar of poedervormig) kan ook
in het laatste spoelwater of bij het
centrifugeren nog schuim ontstaan.
Het spoelresultaat wordt hierdoor
echter niet beïnvloed.
• Na afloop van een wasprogramma
kunnen met name op donkere tex-
tielsoorten mogelijk witte wasmid-
delresten zichtbaar zijn. Dit is niet
het gevolg van een onvoldoende
spoelfunctie. Het gaat meestal om
de onoplosbare wateronthardings-
middelen van moderne fosfaatvrije
wasmiddelen.
Mogelijke oplossing: uitschudden of
afborstelen, juiste wasmiddelkeuze
controleren of vloeibaar wasmiddel
gebruiken.
• Controleer voordat de was in de
wasmachine wordt geplaatst of me-
talen delen aan of in wasgoed, zo-
als bijvoorbeeld metalen knopen,
beugels van bh's, enzovoort niet los
kunnen komen te zitten.
De mogelijkheid bestaat dat derge-
lijke delen in de kuip terechtkomen
en bijgeluiden veroorzaken. Derge-
lijke reparaties kunnen ook binnen
de garantieperiode niet kosteloos
worden uitgevoerd.
• De wasautomaat is bij normaal be-
drijf ingesteld op een uiterst spaar-
zaam waterverbruik en werkt met
slechts 3 spoelgangen.
Wanneer u wilt dat uw wasgoed bij
de wasprogramma's (behalve wol)
intensiever wordt gespoeld, kunt u
een vierde spoelgang inschakelen
(zie pagina 19). Het waterverbruik
gaat hierdoor ca. 25% omhoog en
de looptijd wordt met ca. 15 minu-
ten verlengd.