Operation Manual

16
Functie van de bedieningselementen
1 Wasmiddellade
De wasmiddellade bevindt zich aan de
linkerkant van het bedieningspaneel.
Houd de schuiflade bij de handgreep
vast en trek deze voorwaarts naar buiten.
In de verschillende vakken worden de
wasmiddelen voor de voor- en hoofd-
was, vlekkenzout, wasverzachter en
stijfsel gevuld.
Het wasmiddel wordt vervolgens over-
eenkomstig het programma in de ma-
chine gespoeld.
Voor meer details gaat u naar pagina
24.
2 Programmakeuzeknop en
hoofdschakelaar
De wasautomaat heeft 5 verschillende
wasgroepen:
Witte en bonte was
Mogelijke wastemperaturen: 95°,
E 60°, 60°, E 40°, 40°, 30° C en koud.
Kreukherstellend
Mogelijke wastemperaturen: 60°,
E 40°, 40°, 30° C (= strijkvrij) en koud.
•Fijne was
Mogelijke wastemperaturen: 40° en
30° C.
Wol / P (handwas)
Mogelijke wastemperaturen: 40° en
30° C en koud.
Extra programma's
Inweken 30°, spoelen, stijven/wasver-
zachten, pompen, normaal
centrifugeren, snel programma 30°/
30min.
Bij iedere groep horen de wastech-
nisch noodzakelijke temperaturen. Om
deze reden zijn wasprogramma en
temperatuur met elkaar verbonden –
de handige eenknopsautomaat met
vrije temperatuurkeuze.
Programmakeuze
Door de programmakeuzeknop naar
rechts of links te draaien, kiest u de
wasgroep en de gewenste temperatuur
resp. het gewenste speciale program-
ma.
Door het programma in te stellen wordt
tegelijkertijd het apparaat ingescha-
keld.
Het programma begint pas wanneer op
de toets Start/pauze wordt gedrukt.
Wanneer het programma is beëin-
digd, moet het apparaat worden uit-
geschakeld. Draai de
programmakeuzeknop naar de
stand “Uit”.