Operation Manual
Elektrische installatie
9
Reisemobil - 04/09-1 - PSL-0001-00NL 47
9 Elektrisch e installatie
9.1 Algemeen
De camper biedt tijdens onweer een veilig onderkomen (Faraday-kooi). Voor
de zekerheid echter de 230-V-aansluiting ontkoppelen en de antennes indu-
wen ter bescherming van de elektrische apparaten.
9.2 230-V-boordnet
Het 230-V-boordnet verzorgt:
de contactdozen met randaarde
de koelkast
het elektroblok
De elektrische verbruikers, die op het 12-V-boordnet van het woongedeelte
aangesloten zijn, worden door de woonruimteaccu van spanning voorzien.
Als de externe 230-V-voorziening is aangesloten, wordt de woonruimteaccu
automatisch door de laadmodule in het elektroblok bijgeladen.
De camper zo vaak mogelijk op een externe 230-V-voorziening aansluiten.
De kabel mag een lengte van max. 25 m hebben.
230-V-voorziening
aansluiten:
Het serviceluik voor de 230-V-aansluiting (zie sectie 7.1) naar boven
draaien.
230-V-aansluiting naar boven kantelen.
Stekker insteken.
Alleen vaklieden aan de elektrische installatie laten werken.
Alle elektrische apparaten (bijv. mobiele telefoons, zend-ontvangappa-
raten, TV's of DVD-spelers), die naderhand in de camper zijn ingebouwd
en tijdens de rit in gebruik zijn, moeten bepaalde kenmerken hebben: dit
zijn het CE-kenmerk, de EMC-keuring (elektromagnetische compatibili-
teit) en de "E1"-keuring.
Alleen zo is een goed functioneren tijdens de rit gegarandeerd. Anders
is het mogelijk, dat de airbag wordt geactiveerd of de boordelektronica
wordt gestoord.
Defecte zekeringen alleen vervangen, als de foutoorzaak bekend en
verholpen is.
De externe 230-V-voorziening moet beveiligd zijn met een aardlekscha-
kelaar (FI-schakelaar, 30 mA).
De kabel volledig van de kabelhaspel afwikkelen om oververhitting te
vermijden.
Voor de aansluitpunten op campings (campingverdelers) zijn uiterst ge-
voelige aardlekschakelaars (FI-schakelaars, 30 mA) voorgeschreven.