Operation Manual

Polaroid PROZ500PR003
8
De functie voor het gebruik van twee SIM-kaarten is beschikbaar.
Schakel de telefoon uit, koppel hem los van de externe stroomtoevoer en
neem de batterij uit de telefoon.
Voer de SIM-kaart juist in in het vakje.
Schakel de telefoon uit, alvorens de SIM-kaart te verwijderen.
Koppel eerst de externe stroomtoevoer los, neem de batterij uit de telefoon
en verwijder vervolgens de SIM-kaart.
3. De Geheugenkaart Invoeren en Verwijderen
Schakel de telefoon uit en koppel de externe stroomtoevoer los.
Voer de geheugenkaart juist in.
Schakel de telefoon uit, alvorens de geheugenkaart te verwijderen, koppel
de externe stroomtoevoer los en verwijder vervolgens de kaart.
Opmerking: Neem uw telefoon met zich mee bij de aankoop van een
T-Flashkaart, om er zeker van te zijn dat u een compatibele kaart aanschaft.
Tegenwoordig zijn er heel veel soorten T-Flashkaarten verkrijgbaar. Om er ze-
ker van te zijn dat uw data veilig is, is het gebruik van T-Flashkaarten, gepro-
duceerd door merkproducenten, zoals Kingston, SanDisk, enz. aangeraden.
4. Aan/Uitschakelen
Hou de Ophangknop ingedrukt om de telefoon aan/uit te schakelen. Als de
SIM-kaart niet ingevoerd is, zal er “Gelieve SIM-kaart in te voeren” op het
scherm verschijnen, wanneer de gebruiker de telefoon aanschakelt. Voer de
SIM-kaart in en controleer of de kaart beschikbaar is.
Het vergrendelingswachtwoord voor de telefoon invoeren: indien
deze functie ingesteld is.
De PIN-code invoeren: indien deze functie ingesteld is.
Begroetingen: indien deze functie ingesteld is en de telefoon deze functie
voorziet.
Noodoproep (112): betekent dat deze functie geregistreerd is op een
ander netwerk. Enkel het noodnummer (112) is beschikbaar.
Zoeken: de telefoon zal automatisch zoeken totdat hij verbonden is
met het juiste netwerk.
Er kunnen twee kaarten ingevoerd worden in deze telefoon en zij kunnen beide
gebruikt worden door van de éne kaart naar de andere over te gaan. Nadat de
registratie gelukt is, zullen de netwerknamen weergegeven worden op twee
regels. De netwerknaam van kaart 1 wordt weergegeven op de eerste regel en
die van kaart 2 op de tweede regel. Als u enkel één kaart ingevoerd heeft, zal er
“SIM-kaart invoeren” weergegeven worden op de eerste regel.
5. De Telefoonkaart/SIM-kaart Ontgrendelen
Om de informatie van de gebruiker veilig te houden, biedt de telefoon een
vergrendelingscode en PIN-code voor de telefoon en SIM-kaart. De standaard
vergrendelingscode is 1122 en de standaardcode van deSIM-kaart is 1234.
Opmerking: als de gebruiker drie keer een foute PIN-code invoert voor de