NEDERLANDS Polar CS500+ Gebruiksaanwijzing
NEDERLANDS INHOUDSOPGAVE 1. KENNISMAKING MET UW POLAR CS500+ .................................................................................... 4 2. BEGINNEN .......................................................................................................................... Functies van knoppen en menustructuur ..................................................................................... Basisinstellingen ......................................................................................
NEDERLANDS Voorzorgsmaatregelen ........................................................................................................... 29 Storing tijdens de training .................................................................................................. 29 Risico's tijdens trainen beperken.......................................................................................... 29 Technische specificaties.......................................................................................
NEDERLANDS 1. KENNISMAKING MET UW POLAR CS500+ Gefeliciteerd met de aanschaf van een nieuwe Polar CS500+ fietscomputer! Deze gebruiksaanwijzing bevat volledige instructies om het beste uit uw fietscomputer te halen. De laatste versie van deze gebruiksaanwijzing kunt u downloaden op www.polar.fi/support. De Polar CS500+ fietscomputer levert u alle gegevens die u nodig hebt voor het verbeteren van uw fietsprestaties en slaat deze gegevens op voor latere analyse.
NEDERLANDS u: • gegevens tussen de fietscomputer en polarpersonaltrainer.
NEDERLANDS 2. BEGINNEN Functies van knoppen en menustructuur De fietscomputer heeft drie gebruiksvriendelijke knoppen die, afhankelijk van de gebruikssituatie, verschillende functies hebben. 1. BACK / STOP (TERUG / STOP) 2. OK / START / LAP / RESET (OK / START / RONDE / RESET) 3.
NEDERLANDS 1. Als de fietscomputer op de stuurpen of het stuur bevestigd is, druk dan zachtjes met de duim op de linker- of rechterkant van de fietscomputer. 2. Als u de fietscomputer in de hand houdt, gebruik dan de knoppen aan de achterzijde van de fietscomputer. Basisinstellingen Pas eerst de basisinstellingen aan, voordat u uw fietscomputer in gebruik neemt. Voer zo nauwkeurig mogelijk uw gegevens in voor een juiste feedback op basis van uw prestaties.
NEDERLANDS 1. Haal de twee tieraps door de openingen van de stuurhouder. Als u de stuurhouder op het stuur bevestigt, haal de tieraps er dan in omgekeerde richting door. 2. Plaats het rubberen onderdeel op de stuurhouder. Zorg dat het stevig op zijn plaats zit. 3. Plaats het rubberen onderdeel en de stuurhouder op het stuur of de stuurpen en trek de tieraps aan. Zet de stuurhouder stevig vast. Snijd de uitstekende delen van de tieraps af. Ga naar http://www.polar.
NEDERLANDS 3. TRAINING Doe de borstband om Draag de borstband om je hartslag te meten. 1. Maak de elektroden van de borstband vochtig onder stromend water. In veeleisende omstandigheden, bijvoorbeeld tijdens langdurige evenementen, is het raadzaam om geleidende lotion of gel voor de elektroden te gebruiken voor een beter contact. Het is belangrijk om de borstband na gebruik van lotion of gel zorgvuldig uit te wassen. 2. Bevestig de zender aan de borstband.
NEDERLANDS Het cijfer linksboven (1, 2 of 3) geeft aan welke fiets gebruikt wordt. Automatisch wordt de fiets geselecteerd, die u tijdens de vorige training gebruikt hebt. Houd in tijdweergave NEXT (Volgende) ingedrukt om een andere fiets te kiezen. Als u de functie AutoStart geactiveerd hebt, start de fietscomputer automatisch de registratie van de trainingssessie wanneer u begint te fietsen. Zie Fietsinstellingen (pagina 19) voor meer informatie over AutoStart.
NEDERLANDS Ritafstand Snelheid / Vermogen Hartslag en trapfrequentie Houd NEXT (Volgende) ingedrukt om de fietscomputer in te stellen op automatisch door de schermen bladeren. Schakel bladeren uit door op NEXT (Volgende) te drukken. Trainingsgegevens Informatie op het display Betekenis Hoogte Huidige hoogte in meters / voet Aankomsttijd Als u instelt welke afstand u wilt afleggen, schat de fietscomputer de aankomsttijd berekend op basis van uw snelheid.
NEDERLANDS Informatie op het display Betekenis Hellingsmeter Stijg-/daalhoek in percentage en graden. Een numerieke schatting van hoe steil de stijging of afdaling is bij het fietsen. Helpt u om uw fietsinspanningen dienovereenkomstig aan te passen. Rondeafstand Rondeafstand (Polar CS Snelheidssensor W.I.N.D. vereist) Vermogen Geleverd vermogen, uitgedrukt in Watt (optionele Polar Power Output Sensor W.I.N.D. vereist) Snelheid Huidige snelheid (Polar CS Snelheidssensor W.I.N.D.
NEDERLANDS Functies in de pauzemodus Druk op STOP om de trainingssessie te pauzeren. In de pauzemodus kunt u: • Continue (Doorgaan) om de registratie van de training te hervatten. • Exit (Afsluiten) om de registratie te stoppen. • Summary (Samenvatting) voor een overzicht van de trainingsgegevens. De volgende gegevens worden weergegeven: • Exe. Time (Trainingsduur): de duur van de geregistreerde trainingssessie en de gemiddelde hartslag.
NEDERLANDS voor dat bepaalde trainingstype op die bepaalde dag. De OwnZone kan tijdens de warming-up in 1-5 minuten worden bepaald. De bedoeling is dat u de training langzaam begint met een lage intensiteit en de intensiteit en de hartslag langzaam verhoogt. OwnZone is ontwikkeld voor gezonde mensen. Bepaalde medische factoren kunnen ertoe leiden dat het bepalen van de OwnZone op basis van hartslagvariaties niet lukt.
NEDERLANDS 4. NA DE TRAINING Maak na gebruik het zendgedeelte los van het elastisch bandje. Houd de borstband schoon en droog. Zie Onderhoud voor meer informatie. • In FILES (Bestanden) kunt u gedetailleerde gegevens over uw trainingssessie weergeven. • TOTALS (Totalen) bevat onder meer cumulatieve waarden die tijdens trainingssessies zijn geregistreerd. Voor evaluatie op de langere termijn kunt u al uw trainingsbestanden opslaan op polarpersonaltrainer.com.
NEDERLANDS zijn berekend. • Ascent (Stijging): cumulatieve stijging en de datum vanaf wanneer cumulatieve waarden zijn berekend. • Decent (Daling): cumulatieve daling en de datum vanaf wanneer cumulatieve waarden zijn berekend. • Reset ALL? (Totaalwaarden resetten): druk op START om alle totaalwaarden te resetten. Reset? ALL (Alles resetten?) wordt weergegeven. Druk op OK. Are You SURE? (Weet u het zeker?) wordt weergegeven. Druk op OK om het resetten te bevestigen.
NEDERLANDS 5. GEGEVENSOVERDRACHT Voor evaluatie op de langere termijn kunt u al uw trainingsgegevens opslaan op de webservice polarpersonaltrainer.com. Daar kunt u de details van uw trainingsgegevens bekijken en een beter inzicht krijgen in uw training. Met de Polar DataLink* kunt u gemakkelijk trainingsbestanden overdragen naar de webservice. Gegevens overdragen 1. Registreer u bij polarpersonaltrainer.com. 2.
NEDERLANDS 6. INSTELLINGEN Fietsinstellingen In Fietsinstellingen kunt u de volgende functies in- en uitschakelen. Reminder : Deze instelling wordt alleen weergegeven als u via WebSync in polarpersonaltrainer.com de functie Reminder hebt geactiveerd. U kunt de Reminder gebruiken om aan te geven wanneer u moet eten of drinken om door te gaan met uw training. Target dist. (Aankomsttijd): als u instelt welke afstand u wilt afleggen, schat de fietscomputer uw aankomsttijd op basis van uw snelheid. A.
NEDERLANDS Instellingen hartslaglimieten Selecteer het type hartslaglimiet in de instellingen voor hartslaglimieten. • Handmatige limieten: u kunt een doelhartslagzone definiëren door de boven- en onderlimiet voor de hartslag handmatig in te stellen. • OwnZone: de fietscomputer bepaalt automatisch een persoonlijke en veilige zone voor de trainingsintensiteit voor u. Zie Trainen met OwnZone (pagina 13) voor meer informatie over OwnZone. • Uit: u kunt hartslaglimieten ook uitschakelen.
NEDERLANDS Meet het wiel handmatig op voor het meest nauwkeurige resultaat. Gebruik het ventiel om het punt te markeren waar het wiel de grond raakt. Trek een lijn op de grond om dat punt te markeren. Duw op een vlakke ondergrond uw fiets één complete omwenteling van het wiel vooruit. Het wiel moet loodrecht op de grond staan. Trek een andere lijn op de grond op de plaats waar het ventiel een volledige omwenteling heeft gemaakt. Meet de afstand tussen beide lijnen.
NEDERLANDS Kies STOP als uw sensor al geprogrammeerd is. Zie anders Een nieuwe accessoire gebruiken (pagina 24) voor meer informatie over programmeren. Vermogen Stel de Polar Power Output Sensor ON (Aan) / OFF (Uit) in Power SET (Vermogen instellen). Als u de vermogenssensor ON (Aan) inschakelt, verschijnen de volgende instellingen. 1. Kettinggewicht: stel het kettinggewicht in gram in. Bevestig de ingestelde waarde met OK. 2. Kettinglengte: stel de kettinglengte in mm in.
NEDERLANDS Selecteer Settings (Instellingen) > Altitude SET (Hoogte instellen) om de hoogte-instellingen weer te geven en te wijzigen. Weergave op display Druk op SET om de knipperende waarde aan te passen. Druk op OK om de knipperende waarde te bevestigen. Hoogte Stel de hoogte van uw huidige locatie in. OK Auto calibr. (Automatisch Stel de automatische kalibratie ON (Aan) / OFF (Uit).
NEDERLANDS Weergave op display Druk op SET om de knipperende waarde aan te passen. Druk op OK om de waarde te bevestigen. HR Max Stel uw maximale hartslag in als u de waarde voor uw in het laboratorium gemeten huidige maximale hartslag kent. Als u deze waarde voor het eerst instelt, wordt standaard de maximale hartslag weergegeven die naar verwachting bij uw leeftijd hoort (220–leeftijd). OK Zie Maximale hartslag (HRmax) voor meer informatie.
NEDERLANDS 7. EEN NIEUWE ACCESSOIRE GEBRUIKEN Als u een nieuwe sensor aanschaft, moet deze door de fietscomputer worden geactiveerd en aangemeld. Dit wordt programmeren genoemd en duurt slechts enkele seconden. Zo wordt gewaarborgd dat uw fietscomputer alleen signalen van uw sensor ontvangt, waardoor u storingsvrij kunt trainen in een groep. Als u de sensor tegelijk met de fietscomputer als set hebt aangeschaft, is de sensor al geprogrammeerd voor samenwerking met de fietscomputer.
NEDERLANDS Voorbeelden van kettinggewichten en -lengtes (Vanwege de variatie van de metingen kan Polar niet verantwoordelijk worden gehouden voor hun geldigheid.
NEDERLANDS 8. NIEUWE BORSTBAND GEBRUIKEN Wanneer u een nieuwe Polar WearLink W.I.N.D. borstband aanschaft, moet deze bij de fietscomputer worden geactiveerd en aangemeld. Dit wordt programmeren genoemd en duurt slechts enkele seconden. Zo wordt gewaarborgd dat uw fietscomputer alleen signalen van uw borstband ontvangt, waardoor u storingsvrij kunt trainen in een groep.
NEDERLANDS 9. BELANGRIJKE INFORMATIE Onderhoud Net als met elk ander elektronisch instrument dient u zorgvuldig om te gaan met de Polar fietscomputer. Onderstaande aanwijzingen helpen u in overeenstemming met de garantievoorwaarden te handelen en nog vele jaren plezier te hebben van dit product. Zorgen voor uw product Maak na elke training de zender los van de borstband en spoel de borstband af onder stromend water. Droog de zender af met een zachte handdoek.
NEDERLANDS nieuwe sensor contact op met uw erkende Polar Service Center of dealer. Zie de gebruiksaanwijzing van de Power Output Sensor voor instructies over het vervangen van de batterij van de Power Output Sensor W.I.N.D.. Batterij van fietscomputer vervangen Volg nauwkeurig de onderstaande instructies om zelf de batterijen van de fietscomputer en de borstband te vervangen. Controleer bij vervanging van de batterij of de afsluitring niet beschadigd is; anders moet u deze vervangen door een nieuwe.
NEDERLANDS de afsluitring niet beschadigd is; anders moet u deze vervangen door een nieuwe. Batterijsetjes met afsluitringen zijn verkrijgbaar bij erkende Polar dealers en erkende Polar Service Centers. In de Verenigde Staten en Canada zijn nieuwe afsluitringen alleen verkrijgbaar bij erkende Polar Service Centra. Houd batterijen uit de buurt van kinderen. Raadpleeg bij inslikken van batterijen onmiddellijk een arts. Batterijen moeten worden opgeruimd in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving.
NEDERLANDS Opmerking! Dragen van een pacemaker is geen belemmering voor het gebruik van Polar trainingscomputers. In theorie kunnen Polar-producten geen storing veroorzaken voor pacemakers. In de praktijk zijn er geen rapporten die erop wijzen dat iemand ooit storing heeft ondervonden. Vanwege de verscheidenheid aan pacemakers en andere geïmplanteerde apparaten, kunnen wij nochtans niet officieel garanderen dat onze producten geschikt zijn voor al deze instrumenten.
NEDERLANDS Totaal calorieën: Totaal aantal trainingen: Totale stijging: 999.999 kcal 9999 304.795 m / 999.980 ft Dubbel vergrendelde stuurhouder Materialen: Rubberen onderdeel TPE, huis stuurhouder PA+GF, metalen delen roestvrij staal (vrij van nikkel) Zender Levensduur batterij van de WearLink+ borstband W.I.N.D.
NEDERLANDS ...ik niet weet waar ik ben in het menu? Houd BACK (Terug) ingedrukt totdat de tijd wordt weergegeven. ...de fietscomputer de calorieën niet meet? Het calorieverbruik wordt alleen berekend wanneer u de borstband draagt en alle gebruikersinstellingen correct zijn ingevoerd. Zie Gebruikersinstellingen (pagina 22) voor meer informatie. ...
NEDERLANDS Zorg ervoor dat uw vermogenssensor correct gepositioneerd is. Zie de gebruiksaanwijzing van de vermogenssensor voor meer informatie. ...de hoogte blijft veranderen, zelfs als ik niet beweeg? De fietscomputer zet de gemeten luchtdruk om in een hoogtemeting. Hierdoor kunnen wijzigingen in de weersomstandigheden wijzigingen in de hoogtemetingen veroorzaken.
NEDERLANDS Dit product voldoet aan de richtlijnen 93/42/EEC en 1999/5/EC. De desbetreffende conformiteitsverklaring is beschikbaar op www.support.polar.fi/declaration_of_conformity.html. Het symbool van de doorgekruiste verrijdbare afvalcontainer geeft aan dat de Polar-producten elektronische apparaten zijn en onder de richtlijn 2002/96/EC vallen van het Europese Parlement en de Raad van elektrische en elektronische afvalproducten (WEEE).
NEDERLANDS REGISTER Aankomsttijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18, 18 Algemene instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 Automatische ronde . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Automatisch kalibreren: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 AutoStart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .