Operation Manual
9
9
28
Muziekserver
Op deze receiver kunnen audiobestanden die op PC’s of
andere componenten op een Local Area Network (LAN) zijn
opgeslagen worden afgespeeld.
Inleiding
Met deze receiver kunt u luisteren naar audiobestanden op
een computer of ander component dat via LAN-interface op
de receiver is aangesloten. In dit hoofdstuk worden de
instellingen en afspeelprocedures beschreven die vereist zijn
voor gebruik van deze functies. Raadpleeg tevens de
gebruiksaanwijzing die bij uw netwerkapparaat wordt
geleverd.
Opmerking
•
Foto- of videobestanden kunnen niet worden afgespeeld.
•
Met Windows Media Player 11 of Windows Media Player 12
kunt u zelfs audiobestanden waarop auteursrechten rusten
met deze receiver afspelen.
Informatie over afspeelbare DLNA-
netwerkapparatuur
Met deze receiver kunt u muziek op mediaservers die op
eenzelfde Local Area Network (LAN) zoals de receiver zijn
aangesloten afspelen. Met deze receiver kunt u bestanden die
op de volgende apparaten zijn opgeslagen afspelen:
•
PC’s die onder Microsoft Windows Vista of XP draaien met
Windows Media Player 11 geïnstalleerd
•
PC’s die onder Microsoft Windows 7 draaien met Windows
Media Player 12 geïnstalleerd
•
DLNA-compatibele digitale mediaservers (op PC’s of
andere apparaten)
Bestanden opgeslagen op een PC of DMS (Digitale Media
Server) zoals hierboven beschreven kunnen alleen worden
afgespeeld via een opdracht vanaf een externe Digitale Media
Controller (DMC). Apparaten bestuurd door deze DMC voor
het afspelen van bestanden worden DMR’s (Digitale Media
Renderers) genoemd. Deze receiver ondersteunt deze DMR-
functie.
Áls deze receiver wordt geselecteerd als een DMR en de
weergave van DMS wordt gestart, dan schakelt de ingang van
de receiver automatisch over naar DMR. Ingeval de DMR-
ingang is ingeschakeld, verschijnen de tracknaam,
artiestennaam, albumnaam en albumillustratie die thans
worden afgespeeld op de display van de receiver (sommige
informatie verschijnt mogelijk niet, afhankelijk van het
bestand dat wordt afgespeeld).
In de DMR-modus kan bediening zoals het afspelen en
stopzetten van bestanden vanaf de externe bediening worden
uitgevoerd. Instellen van het volume en regeling van de
dempingsfunctie zijn ook mogelijk.
Opmerking
•
Afhankelijk van de externe controller die wordt gebruikt,
kan de weergave onderbroken worden wanneer het volume
vanaf de controller wordt ingesteld. In dit geval moet u het
volume vanaf de receiver of met de afstandsbediening
instellen.
Gebruiken van AirPlay op iPod touch, iPhone,
iPad en iTunes
AirPlay functioneert met iPhone 4S, iPhone 4, iPhone 3GS,
iPod touch (4de, 3de en 2de generatie), iPad 2, iPad met iOS
4.2 of later, en iTunes 10.1 (Mac en PC) of later.
Om AirPlay te gebruiken, selecteert u uw receiver op de iPod
touch, iPhone, iPad of in iTunes, en start de weergave. Zie de
Apple website (http://www.apple.com) voor meer informatie.
•
Instellen van het volume van de receiver via iPod touch,
iPhone, iPad of iTunes.
•
Pauzeren/hervatten, volgende/vorige muziekstuk en
willekeurige weergave (shuffle)/herhalen via de
afstandsbediening van de receiver. De display toont geen
iconen voor Play Status, Repeat of Shuffle.
•
Tonen van de informatie van de track die thans wordt
afgespeeld op de display van de receiver, inclusief artiest,
song-/albumnaam en albumillustraties. Mogelijk wordt
alleen de songnaam weergegeven.
Tip
•
Een netwerkomgeving is vereist om AirPlay te kunnen
gebruiken.
•
De naam van de receiver die in de AirPlay UI verschijnt op
iPod touch, iPhone, iPad en iTunes kan worden gewijzigd
door Friendly Name in Network Setting.
•
De AirPlay applicatie op deze receiver is ontwikkeld en
getest op basis van de softwareversies voor de iPod touch,
iPhone, iPod en iTunes zoals aangegeven op de Pioneer
website. Het is mogelijk dat AirPlay niet compatibel is met
andere iPod touch, iPhone, iPad of iTunes softwareversies
dan die staan aangegeven op de Pioneer website.
Informatie over de DHCP-serverfunctie
Om audiobestanden die op componenten op het netwerk zijn
opgeslagen af te spelen, schakelt u de DHCP-serverfunctie
van uw router in.
Als de router niet is uitgerust met een ingebouwde DHCP-
serverfunctie moet u de netwerkinstellingen handmatig
maken. Anders kunt u geen audiobestanden afspelen die op
apparaten in het netwerk zijn opgeslagen en kunt u ook niet
naar internet-radiozenders luisteren. Zie Netwerkinstelling
op
bladzijde 24 voor meer informatie.
De receiver autoriseren
Deze receiver dient opdracht te krijgen om weergave mogelijk
te maken. De receiver wordt automatisch geautoriseerd als hij
via een netwerk op een PC is aangesloten. Als dit niet het
geval is, moet u de receiver handmatig op de PC autoriseren.
De autorisatiemethode (of de toestemming) voor toegang
varieert afhankelijk van het type server waarmee verbinding
wordt gemaakt. Raadpleeg de handleiding van de server voor
verdere informatie over het autoriseren van de receiver.
Het afspelen van audiobestanden die op PC’s
of andere componenten zijn opgeslagen
Verbinden met een LAN-netwerk
Zorg ervoor dat uw PC of andere componenten via de LAN-
interface met het netwerk zijn verbonden voordat u deze
functie gebruikt.
Zie bladzijde 10
voor meer gegevens over de verbindingen.
Weergave met Music Server
Belangrijk
•
U hebt geen toegang tot een PC op een netwerk terwijl u op
een domein bent ingelogd dat in een Windows
netwerkomgeving is geconfigureerd. In plaats van inloggen
op het domein, moet u op de lokale apparatuur inloggen.
•
Er zijn gevallen waarin de verstreken speelduur niet juist
wordt weergegeven.