Operation Manual

20
Interpretatie van de grafieken (vervolg)
Patroon 2: Verschillende nagalmkarakteristieken for verschillende kanalen
Als de nagalmkarakteristieken voor de verschillende kanalen verschillen zoals getoond in Figuur 3 en de
egalisatie met conventionele Acoustic Cal EQ maakt gebruik van de gegevens die tussen 80 en 160 [ms]
zijn verkregen (het rode gebied in Figuur 3), wordt de egalisatie zo uitgevoerd dat de toon van de
verschillende kanalen geleidelijk wordt bijgeregeld voor 80 ms vanaf de tijd dat het geluid door de
luidsprekers wordt uitgestuurd en daarna (het is niet mogelijk om de respons van het directe geluid bij te
regelen). De waarneming van de plaatsing en de beweging van het akoestische beeld, en de eenheid van
het geluid, van de verschillende luidsprekers wordt echter niet alleen beïnvloed door de nagalm maar ook
door het directe geluid van de luidsprekers (inclusief het vroege weerkaatste geluid). In dergelijke gevallen
kunt u beter gebruik maken van de Advanced EQ Setup functie en daarvoor een meetperiode kiezen
van 30 tot 50 msec (het blauwe gebied in Figuur 3). Dat biedt een betere mogelijkheid de
karakteristiek van het directe geluid voor de verschillende kanalen in balans te brengen, hetgeen een
fraai evenwichtig klankbeeld oplevert, met een duidelijke akoestische plaatsing en beweging.
Figuur 3
Patroon 3: Soortgelijke nagalmkarakteristiek voor de hoge en lage
frequenties en alle kanalen
Zoals getoond in Figuur 4, wanneer de nagalmkarakteristieken voor alle kanalen grotendeels hetzelfde zijn
over alle frequenties, zal de geluidsweergave in uw luisterkamer waarschijnlijk geen last hebben van
overmatige nagalm. Wij raden aan te ijken met een tijd van ongeveer 60 tot 80 [ms] (het groene gebied
in Figuur 4) opgegeven bij de Advanced EQ Setup. Deze levert een complete ijking voor zowel het
directe geluid als voor de nagalm, resulterend in een ideaal gebalanceerd klankbeeld.
Figuur 4
Als u niet goed weet welke meetperiode te kiezen voor de Advanced EQ Setup ijking, begint u dan met 30
tot 50 msec. Als de grafieken daarmee een nogal vreemde nagalmcurve tonen voor een bepaalde
frequentie, kan dat liggen aan een toevallige afwijking. Dan kunt u het nog eens proberen, met in plaats
van de 30 tot 50 msec een ietwat andere meetperiode.
• Ook kan het nuttig zijn om verschillende meetperioden uit te proberen voor de Advanced EQ Setup ijking,
om dan die periode te kiezen die de beste klank oplevert.
• De instellingen voor de meetperiode kunnen niet op de PC gemaakt worden. Deze instellingen zijn alleen
te maken via de beeldschermaanduidingen van de receiver, met behulp van de Advanced EQ Setup
functie van de receiver.
Opmerking
Niveau
(dB)
In te stellen
meetperiode
Tijd (in ms)
Linker voorkanaal
Rechter voorkanaal
Niveau
(dB)
Tijd (in ms)
Lage frequenties linksvoor
Lage frequenties rechtsvoor
Hoge frequenties linksvoor
Hoge frequenties rechtsvoor
In te stellen
meetperiode
Continue
Ga door