Operation Manual
Het menu voor de video-instellingen
14
125
Du
Nederlands
Hoofdstuk 14
Het menu voor de video-instellingen
Met het Video Adjust menu kunt u de beeldkwaliteit voor
de ingebouwde tuner en de externe ingangen en voor het
afspelen en opnemen van discs instellen.
Instellen van de beeldkwaliteit voor
de TV en de externe ingangen
Met Picture Creation kunt u een groep
beeldkwaliteitinstellingen voor de ingebouwde TV-tuner
en voor elke externe ingang kiezen. Er zijn verscheidene
vaste instellingen (presets) die geschikt zijn voor diverse
bronnen en u kunt ook drie groepen zelf gemaakte
instellingen vastleggen.
Kiezen van een preset
1 Druk hierop terwijl de recorder in de
stopstand staat om het Home Menu scherm weer te
geven.
2 Selecteer ‘Video Adjust’.
3 Selecteer een preset.
• Gebruik de VIDEO IN toets voor het omschakelen
tussen de ingebouwde TV-tuner en de externe
ingangen.
• Gebruik de / toetsen om het kanaal van de
ingebouwde TV-tuner te veranderen.
Er zijn zes presets beschikbaar:
• Tuner – geschikt voor algemene TV-uitzendingen
• VCR – geschikt voor videocassettes
• DTV/LDP – geschikt voor digitale uitzendingen en
laserdiscs
• Memory1 – gebruikerpreset 1
• Memory2 – gebruikerpreset 2
• Memory3 – gebruikerpreset 3
U kunt op DISPLAY drukken om de afzonderlijke
instellingen voor de huidige preset (Tuner, VCR of DTV/
LDP) te zien.
Een preset met uw eigen instellingen maken
U kunt drie groepen instellingen die u zelf hebt gemaakt
in de gebruikerpresets vastleggen.
1 Volg de aanwijzingen in Kiezen van een preset
hiervoor en selecteer een van de gebruikerpresets
(Memory 1, 2 of 3).
2 Selecteer ‘Detailed Settings’.
3 Selecteer de instelling die u wilt wijzigen.
U kunt de volgende instellingen maken:
• Prog. Motion – Hiermee stelt u de beeldkwaliteit van
de bewegende en de stilstaande beelden in wanneer
de video-uitvoer is ingesteld op progressive.
• PureCinema – Dit onderdeel optimaliseert het beeld
voor filmmateriaal wanneer de video-uitvoer is
ingesteld op progressive. Gewoonlijk dient u de Auto
instelling te kiezen; probeer de Off instelling als het
beeld onnatuurlijk is.
• 3-D Y/C – Hiermee stelt u de helderheid / de
kleurscheiding in (alleen voor NTSC video-invoer).
• YNR – Hiermee stelt u de hoeveelheid
ruisonderdrukking (NR) in die op de Y (helderheid)
component wordt toegepast.
• CNR – Hiermee stelt u de hoeveelheid
ruisonderdrukking (NR) in die op de C (kleur)
component wordt toegepast.
• White AGC – Schakel deze optie in voor
automatische afstelling van het witniveau.
1
• White Level – Hiermee stelt u de intensiteit van wit
in.
• Black Level – Hiermee stelt u de intensiteit van zwart
in.
HOME MENU
ENTER
ENTER
Detailed Settings
Pr 1
Tuner
Opmerking
1 Wanneer White AGC is ingesteld op On, kan het onderdeel White Level niet worden ingesteld.
ENTER
Detailed Settings
Pr 1
Memory1
ENTER
Memory1
3-D Y/C
Motion Still
PureCinma
Prog. Motion
Auto1
Motion Still
Pr 1
White Level
CNR
YNR
White AGC
Off
Max
Off
Off
Max
MaxMin