User manual

Bedieningselementen
6
Nl
Bedieningselementen
Afstandsbediening
De afstandsbediening heeft functies die alleen gebruikt kunnen worden in de bedieningsstand voor de stereoreceiver, of alleen voor de cd-speler, en functies die ongeacht de stand gebruikt
kunnen worden.
Knoppen voor algemeen gebruik
De volgende functies zijn beschikbaar ongeacht de
bedieningsstand van de afstandsbediening.
1 SYSTEM
De stereoreceiver en de cd-speler aan- en uitzetten
(bladzijde 13).
2 RECEIVER
De stereoreceiver aan- en uitzetten (bladzijde 13).
3 CD
De cd-speler aan- en uitzetten (bladzijde 13).
4 Ingangsfunctieknoppen
De ingangsbron voor de stereoreceiver selecteren
(bladzijde 14).
5 Weergavetoetsen
Bediening van de weergave.
6 OPEN/CLOSE
De schijflade openen of sluiten (bladzijde 15).
7 Knoppen voor selectie van de bedieningsstand van
de afstandsbediening
CONTROL RCV Druk hierop om alleen de functies voor
de stereoreceiver te gebruiken.
CONTROL CD Druk hierop om alleen de functies voor
de cd-speler te gebruiken.
8CD USB
Druk hierop om de cd- of de iPod/USB-functie voor de cd-
speler te selecteren.
9DIRECT
Het geluid in de originele kwaliteit weergeven (bladzijde 14).
10 TREBLE +/
De treble aanpassen (bladzijde 14).
11 SLEEP
De tijd selecteren voordat de stereoreceiver wordt
uitgeschakeld (Uit - 30 min. - 60 min. - 90 min.). U kunt de
resterende tijd controleren door eenmaal op SLEEP te
drukken (bladzijde 25).
12 BASS +/
De bastonen aanpassen (bladzijde 14).
13 CLOCK
De huidige tijd weergeven (bladzijde 13).
14 INPUT
De ingangsbron voor de stereoreceiver selecteren
(bladzijde 14).
15 VOLUME +/
Het luistervolume instellen (bladzijde 13).
16 MUTE
Het geluid dempen (bladzijde 14).
17 REPEAT
Een track/bestand herhalen (bladzijden 16, 19, 20).
18 SHUFFLE
Tracks of bestanden in willekeurige volgorde afspelen
(bladzijden 17, 19, 20).
5
1
6
7
8
11
9
10
12
14
15
16
17
18
13
2
3
4