Operation Manual

2 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om de drempelfrequentie te se-
lecteren.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, worden de beschik-
bare waarden in onderstaande volgorde gese-
lecteerd:
506380100125160200 (Hz)
De subwoofer geeft alleen frequenties bene-
den de geselecteerde waarde weer.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om het uitgangsniveau van de sub-
woofer aan te passen.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL omhoog-
of omlaagduwt, verhoogt of verlaagt u het uit-
gangsniveau van de subwoofer. U kunt het ni-
veau verhogen of verlagen tussen de waarden
+6 en 24. De waarde wordt op het display ge-
toond.
De afval (demping) van het low
pass filter aanpassen
Als het uitgangssignaal van de subwoofer is
ingeschakeld, kunt u de continuïteit van het
klankbeeld tussen de luidsprekers aanpassen.
1 Gebruik MULTI-CONTROL om SW 3 te
selecteren.
SW 3 verschijnt op het display.
# Als de subwoofer-uitgang is ingeschakeld,
kunt u SW 3 selecteren.
2 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om de fase te selecteren voor het uit-
gangssignaal van de subwoofer.
Duw MULTI-CONTROL omhoog om de norma-
le fase te selecteren; NOR verschijnt op het
display. Duw MULTI-CONTROL omlaag om de
tegengestelde fase te selecteren; REV ver-
schijnt op het display.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om de afval te selecteren.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, worden de afval-
waarden in onderstaande volgorde geselec-
teerd:
18 12 6 (dB/oct.)
Opmerking
Als de afval van de subwoofer en het high pass fil-
ter -12dB is en als ze dezelfde drempelfrequentie
hebben, wordt de fase bij de drempelfrequentie
180 graden tegengesteld. In dat geval zorgt het
omkeren van de fase voor een betere ge-
luidscontinuïteit.
Het high pass filter
Als u wilt dat de luidsprekers voorin of achter-
in geen lage tonen (tonen uit het frequentiebe-
reik van de subwoofer) weergeven, kunt u het
HPF (high pass filter) aanzetten. Alleen fre-
quenties boven het geselecteerde bereik wor-
den weergegeven via de voor- of
achterluidsprekers.
Luidsprekers (filters) dempen
U kunt de luidsprekers (filters) voorin en ach-
terin afzonderlijk dempen. Als u luidsprekers
(filters) dempt, hoort u geen geluid uit die luid-
sprekers.
! Zelfs als een luidspreker (filter) gedempt is,
kunt u deze nog aanpassen. Het dempen
wordt echter geannuleerd wanneer u het
niveau wijzigt.
1 Gebruik MULTI-CONTROL en selecteer
F.HPF 1 of R.HPF 1.
F.HPF 1 of R.HPF 1 verschijnt op het display.
Audio-instellingen
Nl
162
Hoofdstuk
12