Operation Manual

2 Sluit een lege (geformatteerde) SD-ge-
heugenkaart of USB-geheugenapparaat
aan op de computer, selecteer het bijwerk-
bestand en kopieer het naar de SD-geheu-
genkaart of het USB-geheugenapparaat.
3 Schakel de bron uit.
= Zie voor details De AV-bron uitschakelen op
bladzijde 23.
4 Druk op de HOME toets om het begin-
menuscherm weer te geven.
5 Tip de volgende toetsen aan in de aan-
gegeven volgorde.
Het Systeem scherm verschijnt.
6 Tip [Systeeminformatie] aan.
Het volgende scherm verschijnt.
7 Tip [Firmware Update] aan.
Het Firmware Update scherm verschijnt.
8 Raak [Verdergaan] aan om de gege-
vensoverdrachtsmodus weer te geven.
p Volg de aanwijzingen op het scherm om het
bijwerken van de firmware te voltooien.
p Wanneer het bijwerken van de firmware is
geslaagd, wordt het product automatisch
gereset.
p Wanneer de firmware wordt bijgewerkt,
wordt de bron uitgeschakeld en de
Bluetooth-verbinding verbroken.
p Als een foutmelding wordt weergegeven, tip
dan [Verdergaan] aan om verder te gaan
en de herstelprocedure te starten.
De leerstatus van de sensor
en de rijstatus controleren
p Dit product kan automatisch het sensorge-
heugen gebruiken, gebaseerd op de omtrek
van de banden.
1 Druk op de HOME toets om het begin-
menuscherm weer te geven.
2 Tip de volgende toetsen aan in de aan-
gegeven volgorde.
Het Systeem scherm verschijnt.
3 Tip [Systeeminformatie] aan.
Het volgende scherm verschijnt.
4 Tip [Status 3D-kalibratie] aan.
Het Status 3D-kalibratie scherm verschijnt.
1
6
5
2
3
4
1 Leren
De huidige rijstatus wordt aangegeven.
2 Afstand
De rijafstand wordt aangegeven.
3 Versnelling of vertraging/Rotatiesnel-
heid
Nl
157
Hoofdstuk
28
Systeeminstellingen
Systeeminstellingen