Operation Manual

Table Of Contents
3 Tip Area1 aan en daarna Area2. Tip ver-
volgens Area3 aan en houd deze toets
vast.
Area1 Area2 Area3
Het Instellingen diefstalbeveiliging
scherm verschijnt.
4 Tip [Wachtwoord instellen] aan.
Het Invoer wachtwoord scherm verschijnt.
5 Voer het wachtwoord in dat u wilt in-
stellen.
p Het wachtwoord kan 5 tot 16 tekens lang
zijn.
6 Tip [Go] aan.
Het Invoer hint scherm verschijnt.
7 Voer een hint voor het wachtwoord in.
p De hint kan maximaal 40 tekens lang zijn.
8 Tip [Go] aan.
Het Bevestiging wachtwoord scherm ver-
schijnt.
p Als u het ingestelde wachtwoord wilt veran-
deren, voert u het huidige wachtwoord in
en daarna het nieuwe wachtwoord.
9 Controleer het wachtwoord en tip [Go]
aan.
Het Instellingen diefstalbeveiliging
scherm verschijnt.
Het wachtwoord invoeren
Op het wachtwoord-invoerscherm moet u het
huidige wachtwoord invoeren.
1 Voer het wachtwoord in.
2 Tip [Go] aan.
Als u het correcte wachtwoord invoert, wordt
dit product ontgrendelt.
Het wachtwoord verwijderen
Het huidige wachtwoord en de hint voor het
wachtwoord kunnen worden verwijderd.
1 Druk op de HOME toets om het begin-
menuscherm weer te geven.
2 Tip de volgende toetsen aan in de aan-
gegeven volgorde.
Het Systeem scherm verschijnt.
3 Tip Area1 aan en daarna Area2. Tip ver-
volgens Area3 aan en houd deze toets
vast.
Area1 Area2 Area3
Het Instellingen diefstalbeveiliging
scherm verschijnt.
4 Tip [Wachtwrd wissen] aan.
Er verschijnt een bevestigingsbericht om het
wachtwoord te wissen.
5 Tip [Ja] aan.
Het wachtwoord-instelscherm verschijnt.
Er verschijnt een bericht met bevestiging van
een hint voor het wachtwoord.
6 Tip [OK] aan.
Het Invoer wachtwoord scherm verschijnt.
7 Voer het huidige wachtwoord in.
Nl
138
Hoofdstuk
26
Andere functies