Operation Manual

Table Of Contents
7 Stel de richtlijnen in door de vier pun-
ten te verslepen.
8 Tip de volgende toetsen aan om de po-
sitie van een punt bij te stellen.
Het punt naar links verplaatsen.
Het punt naar rechts verplaatsen.
Het punt omhoog verplaatsen.
Het punt omlaag verplaatsen.
De lijn vanuit het middelste punt van de
afstandsrichtlijn naar links en rechts
verlengen. De aanpassingspunten aan
het uiteinde links en rechts worden ook
verplaatst.
De lijn vanuit het middelste punt van de
afstandsrichtlijn vanaf links en rechts
verkorten. De aanpassingspunten aan
het uiteinde links en rechts worden ook
verplaatst.
Stand.
De richtlijnen voor de afstand en de
breedte van het voertuig en de aanpas-
singspunten terugzetten naar de stan-
daardwaarde.
p Wanneer een punt wordt verplaatst, wordt
de afstand vanaf de oorspronkelijke waarde
onderaan op het scherm aangegeven.
De veilige modus instellen
Voor uw en andermans veiligheid kunt u de
functies die beschikbaar zijn wanneer uw voer-
tuig in beweging is beperken.
1 Druk op de HOME toets om het begin-
menuscherm weer te geven.
2 Tip de volgende toetsen aan in de aan-
gegeven volgorde.
Het Systeem scherm verschijnt.
3 Tip [Veilige Modus] zo vaak als nodig
aan tot de gewenste instelling verschijnt.
! Aan (standaard):
De veilige modus is ingeschakeld.
! Uit:
De veilige modus is uitgeschakeld.
Het demoscherm uitschakelen
U kunt het demoscherm als volgt uitschake-
len.
1 Druk op de HOME toets om het begin-
menuscherm weer te geven.
2 Tip de volgende toetsen aan in de aan-
gegeven volgorde.
Het Systeem scherm verschijnt.
3 Tip [Demo mode] zo vaak als nodig aan
tot de gewenste instelling verschijnt.
! Uit (standaard):
Het demoscherm verbergen.
! Aan:
Het demoscherm weergeven.
# U kunt het demoscherm ook uitschakelen
door de MUTE toets in te drukken en vast te
houden.
De systeemtaal selecteren
U kunt de systeemtaal instellen.
! U kunt de taal van de volgende onderdelen
wijzigen:
Nl
102
Hoofdstuk
19
Systeeminstellingen