Operation Manual
2 Druk op de toets Home om naar het be-
ginscherm te gaan.
3 Raak de systeemtoets aan om het sys-
teemmenu te openen.
4 Raak BT Software Update aan.
5 Raak Start aan om de gegevensover-
drachtsmodus weer te geven.
# Volg de aanwijzingen op het scherm om het
bijwerken te voltooien.
De Bluetooth-
systeemversie weergeven
Als dit toestel niet correct werkt, zult u mis-
schien contact moeten opnemen met uw leve-
rancier voor reparatie. In dat geval kan u
gevraagd worden wat de systeemversie van
uw toestel is. Voer de volgende procedure uit
om de versie van uw toestel op te vragen.
1 Zet de signaalbron uit.
Raadpleeg Een signaalbron aan- en uitschake-
len op bladzijde 11.
2 Druk op de toets Home om naar het be-
ginscherm te gaan.
3 Raak de systeemtoets aan om het sys-
teemmenu te openen.
4 Raak Bluetooth Versie Informatie aan
om de versie van de Bluetooth-module van
dit toestel weer te geven.
De functie automatisch
openen instellen
Raadpleeg De functie automatisch openen in-
stellen op bladzijde 16.
De veiligheidsmodus
gebruiken
Deze instelling beperkt het gebruik van een
Bluetooth-apparaat tijdens het rijden.
Als deze modus is ingeschakeld, zijn de vol-
gende handelingen niet mogelijk.
! Gebruik van het toetsenbord in AppRadio
Mode
! Opbellen door een telefoonnummer in te
voeren
! Alle handelingen in het Bluetooth-verbin-
dingsmenu
LET OP
Voor uw veiligheid moet de veiligheidsmodus tij-
dens het rijden altijd op Aan staan.
1 Druk op de toets Home om naar het be-
ginscherm te gaan.
2 Raak de systeemtoets aan om het sys-
teemmenu te openen.
3 Raak Veilige Modus op het systeemme-
nu aan om de Bluetooth-veiligheidsmodus
in of uit te schakelen.
Instellingen voor de
achteruitrijcamera
LET OP
Pioneer raadt aan een camera te gebruiken
die het beeld in spiegelbeeld weergeeft,
omdat anders het beeld op het scherm omge-
keerd wordt weergegeven.
Dit toestel is voorzien van een functie die er-
voor zorgt dat automatisch wordt overgescha-
keld naar het beeld van de achteruitrijcamera
(REAR VIEW CAMERA IN) als die aanwezig is
op het voertuig en de versnellingspook in de
stand ACHTERUIT (R) wordt gezet. (Neem
voor meer informatie contact op met uw leve-
rancier.)
Nl
64
Hoofdstuk
17
Systeeminstellingen