Operation Manual

! De bediening keert weer terug naar normaal
als het telefoongesprek of de spraakbegelei-
ding is afgelopen.
Automatisch afspelen van
de disc in- of uitschakelen
U kunt het automatisch afspelen van de disc
in- of uitschakelen als u een disc in de laad-
sleuf doet. Als deze functie is ingeschakeld,
gaat de disc automatisch spelen nadat deze in
de laadsleuf is gestoken.
De begininstelling van deze functie is aan.
1 Raak A.MENU en INITIAL aan en daarna
NEXT.
2 Raak DVD AUTO PLAY aan.
3 Raak a aan om automatisch afspelen
van de disc in te schakelen.
# Raak b aan om automatisch afspelen van de
disc uit te schakelen.
Dimmerinstelling voor
subdisplay in- of uitschakelen
Om te voorkomen dat het subdisplays nachts
te licht is, zal het subdisplay automatisch wor-
den gedimd wanneer u de koplampen van de
auto aan zet. U kunt de dimmer in- of uitscha-
kelen.
1 Raak A.MENU en INITIAL aan en daarna
NEXT.
2 Raak SUB DISPLAY DIMMER aan.
3 Raak a aan om de dimmer in te schake-
len.
# Raak b aan om de dimmer uit te
schakelen.
Audiofuncties resetten
U kunt alle audiofuncties resetten, behalve het
volume.
1 Raak A.MENU en INITIAL aan en daarna
NEXT.
2 Raak AUDIO RESET aan.
3 Raak RESET aan.
4 Raak RESET opnieuw aan om de audio-
functies te resetten.
# Als u het resetten van de audiofuncties wilt
annuleren, raakt u CANCEL aan.
Navigatiestem/
waarschuwingspiepen en
audiogeluid mengen
Als uw systeem is voorzien van navigatiebege-
leiding, kunt u de begeleidingstem/waarschu-
wingspiepen van een navigatie-eenheid van
Pioneer combineren met het audiogeluid van
het systeem. U kunt het geluid van de begelei-
dingstem en de waarschuwingspiepen of al-
leen de begeleidingsstem mengen.
! U kunt deze functie alleen gebruiken als er
een navigatie-eenheid van Pioneer is aan-
gesloten op het toestel.
1 Raak A.MENU en INITIAL aan en daarna
NEXT.
2 Raak NAVI MIXING aan.
3 Raak een van de volgende toetsen op
het aanraakpaneel aan om het mengen
van de navigatiestem/-piep te selecteren.
! ALL Begeleidingsstem en piep mengen
! GUIDE Alleen begeleidingsstem
mengen
Begininstellingen
Nl
102
Hoofdstuk
18