Operation Manual

1 Nadat u AUX als signaalbron hebt gese-
lecteerd, raakt u AV MENU en
FUNCTION MENU aan. Raak vervolgens
NAME EDIT aan.
# Als de toetsen van het aanraakpaneel niet
worden weergegeven, kunt u ze weergeven door
het scherm aan te raken.
2 Raak ABC aan en selecteer het ge-
wenste tekentype.
Raak herhaaldelijk ABC aan om te wisselen
tussen de volgende tekentypen:
Alfabet (hoofdletters)Alfabet (kleine letters)
Europese letters, zoals letters met accenten
(bijvoorbeeld á, à, ä, ç)
# U kunt cijfers en symbolen invoeren door 123
aan te raken.
3 Raak a of b aan en selecteer een letter.
4 Raak d aan om de cursor naar de vol-
gende tekenpositie te verplaatsen.
5 Raak OK aan om de ingevoerde titel in
het geheugen op te slaan.
6 Raak ESC aan om naar het normale dis-
play terug te keren.
Gebruik van een extern toestel
Met een extern toestel wordt een Pioneer-pro-
duct bedoeld (bijvoorbeeld een toekomstig ver-
krijgbaar product) waarvan u de basisfuncties
met dit toestel kunt bedienen. Met dit toestel
kunnen twee externe toestellen worden be-
diend. Als er twee externe toestellen op dit toe-
stel zijn aangesloten, worden deze
automatisch toegewezen als extern toestel 1 of
extern toestel 2.
Hieronder wordt de basisbediening van het ex-
terne toestel uitgelegd. De beschikbare func-
ties zijn afhankelijk van het externe toestel dat
wordt aangesloten. Raadpleeg voor meer infor-
matie de handleiding van het externe toestel.
Een extern toestel als signaalbron
selecteren
% Raak het bronpictogram aan en raak
daarna EXT 1/EXT 2 aan om het externe
toestel als signaalbron te selecteren.
Basisbediening
De functies die met de volgende handelingen
zijn verbonden, zijn afhankelijk van het externe
toestel dat op dit toestel is aangesloten. Raad-
pleeg voor meer informatie de handleiding van
het externe toestel.
% Raak BAND aan.
% Blijf BAND aanraken.
% Raak c of d aan.
% Blijf c of d aanraken.
% Raak a of b aan.
Gebruik van de functies die zijn
toegewezen aan de toetsen 1 t/m 6
1 Raak NEXT aan.
2 Raak één van de toetsen 1 t/m 6 aan
om de functie te selecteren.
Geavanceerde bediening
1 Raak AV MENU aan en daarna
FUNCTION MENU om de functienamen
weer te geven.
De functienamen worden weergegeven en de
functienamen die u kunt selecteren zijn ge-
markeerd.
! FUNC 1 (functie 1)
! FUNC 2 (functie 2)
! FUNC 3 (functie 3)
! FUNC 4 (functie 4)
! AUTO/MANUAL (automatisch/manueel)
<CRB2962-A/N>59
Bediening van het toestel
Nl
59
Hoofdstuk
03
Bediening van het toestel