Operation Manual
De AUX-signaalbron
Dit toestel biedt de mogelijkheid om een ex-
tern apparaat aan te sluiten, zoals een video-
recorder of een draagbaar toestel (los
verkrijgbaar). Als een extern apparaat wordt
aangesloten, wordt dit automatisch als een
AUX-signaalbron herkend en aan AUX toege-
wezen.
Externe apparaten aansluiten
Externe apparaten kunnen op twee manieren
op dit toestel worden aangesloten.
Mini-pinplugkabel (AUX 1)
Als u een extern apparaat aansluit met een mi-
niplugkabel
U kunt een iPod of een draagbare audio/video-
speler met een miniplugkabel op dit toestel
aansluiten.
! Als u een iPod met video met een 3,5 mm
plugkabel (4-pools) (bijvoorbeeld CD-
V150M) op dit toestel hebt aangesloten,
kunt u de video-inhoud van de iPod bekij-
ken.
! U kunt een draagbare audio-/videospeler
aansluiten met een los verkrijgbare 3,5 mm
plug- (4-pools) naar RCA-kabel. Afhankelijk
van de kabel moet u wellicht de rode kabel
(audio rechts) en de gele kabel (video) om-
wisselen. Anders worden het geluid en het
beeld niet juist weergegeven.
% Steek de miniplugkabel in de AUX-in-
gang van dit toestel.
Zie Wat is wat op bladzijde 15 voor meer infor-
matie.
IP-BUS-RCA-adapter (AUX 2)
Als u een extern apparaat aansluit met een IP-
BUS-RCA-adapter (los verkrijgbaar)
% Met een IP-BUS-RCA-adapter zoals de
CD-RB20/CD-RB10 (los verkrijgbaar) kunt u
externe apparatuur met een RCA-uitgang
op dit toestel aansluiten.
Raadpleeg voor meer informatie de gebrui-
kershandleiding van de IP-BUS-RCA-adapter.
# U kunt op deze manier alleen externe appara-
ten aansluiten die voorzien zijn van een RCA-uit-
gang.
AUX als signaalbron selecteren
% Raak het bronpictogram aan en raak
daarna AUX 1/AUX 2 aan om AUX als sig-
naalbron te selecteren.
# Als de externe aansluiting niet is ingescha-
keld, kan AUX niet worden geselecteerd. Raad-
pleeg De externe ingang in- of uitschakelen op
bladzijde 50 voor meer informatie.
De AUX-titel instellen
De naam die voor de AUX signaalbron op het
display verschijnt, kan worden gewijzigd.
! Een titel kan maximaal 10 tekens lang zijn.
1 Nadat u AUX als signaalbron hebt gese-
lecteerd, raakt u AV MENU en
FUNCTION MENU aan. Raak vervolgens
NAME EDIT aan.
# Als de toetsen van het aanraakpaneel niet
worden weergegeven, kunt u ze weergeven door
het scherm aan te raken.
2 Raak ABC aan en selecteer het ge-
wenste tekentype.
Raak herhaaldelijk ABC aan om te schakelen
tussen de volgende tekentypen:
Alfabet (hoofdletters)—Alfabet (kleine letters)
—Europese letters, zoals letters met accenten
(bijvoorbeeld á, à, ä, ç)
# U kunt cijfers en symbolen invoeren door 123
aan te raken.
3 Raak a of b aan en selecteer een letter
uit het alfabet.
4 Raak d aan om de cursor naar de vol-
gende tekenpositie te verplaatsen.
Bediening van het toestel
Nl
58
Hoofdstuk
03