Operation Manual
6
Auto
Automatisch antwoorden in-
en uitschakelen.
Raadpleeg Automatisch be-
antwoorden instellen op blad-
zijde 44.
7
Overschakelen naar de lijst
met de gespreksgeschiede-
nis.
Raadpleeg Gekozen, gemiste
en ontvangen gesprekken op
bladzijde 44.
8
Overschakelen naar de
modus waarin u het telefoon-
nummer direct kunt invoe-
ren.
Raadpleeg Iemand opbellen
door het telefoonnummer in
te voeren op bladzijde 45.
9
Een gesprek beëindigen.
Een inkomend gesprek wei-
geren.
Een gesprek in de wacht-
stand weigeren.
a
Vol
Het luistervolume van de ge-
sprekspartner afstellen.
Raadpleeg Het luistervolume
van de gesprekspartner afstel-
len op bladzijde 44.
b
Private
De privémodus in- of uitscha-
kelen.
Raadpleeg De privémodus
gebruiken op bladzijde 45.
c
Een inkomend gesprek aan-
nemen.
Opbellen door een nummer
te selecteren.
Overschakelen tussen de bel-
lers die in de wachtstand
staan.
Opmerkingen
! De privémodus kan alleen gebruikt worden
terwijl u telefoneert.
! Om een gesprek te beëindigen, moeten zowel
u als de persoon waarmee u belt de telefoon
ophangen.
! Op het aanraakpaneel worden mogelijk toet-
sen weergegeven die niet vermeld zijn onder
Bediening van een Bluetooth-telefoon.
Raadpleeg Indicatorlijst op bladzijde 77.
Het toestel instellen voor
handsfree telefoneren
Voordat u de functie voor handenvrij telefone-
ren kunt gebruiken, moet u een aantal instel-
lingen op dit toestel verrichten: u moet een
draadloze Bluetooth-verbinding opzetten tus-
sen dit toestel en de telefoon, de telefoon op
dit toestel registreren, en het volumeniveau
aanpassen.
1 Verbinding
Sluit eerst een Bluetooth-telefoon op dit toestel
aan.
Meer informatie over het maken van een
Bluetooth-verbinding tussen een telefoon en dit
toestel vindt u in het volgende gedeelte: Het pai-
ren uitvoer en vanaf een Bluetooth-apparaat op
bladzijde 65 en Het pairen uitvoeren vanaf dit toe-
stel op bladzijde 64.
2 Het volume instellen
Stel het volume van de mobiele telefoon naar
wens in. Het volume dat u nu instelt wordt in dit
toestel als standaardinstelling in het geheugen
opgeslagen.
! Het gespreksvolume en het volume van het
belsignaal zijn afhankelijk van het type mobie-
le telefoon dat u gebruikt.
! Als het volume van het belsignaal en het ge-
spreksvolume erg verschillen, kan het alge-
mene volumeniveau onstabiel worden.
! Controleer of het volume van de mobiele tele-
foon op het gewenste niveau staat voordat u
de telefoon van dit toestel loskoppelt. Als het
volume van de mobiele telefoon gedempt is
(op nul staat), blijft het gedempt ook nadat de
telefoon wordt losgekoppeld.
Nl
30
Hoofdstuk
11
Bluetooth-telefoon