Operation Manual

2 Raak Detach Warning aan om de waar-
schuwingstoon in te schakelen.
# Raak Detach Warning nogmaals aan om de
waarschuwingstoon uit te schakelen.
Instellingen voor de
achteruitrijcamera
LET OP
Pioneer raadt aan een camera te gebruiken
die de beelden in spiegelbeeld weergeeft,
omdat anders het beeld op het scherm ver-
keerd om kan verschijnen.
Dit toestel is voorzien van een functie die er-
voor zorgt dat automatisch wordt overgescha-
keld naar het beeld van de achteruitrijcamera
(stekker REAR VIEW CAMERA IN) als die aan-
wezig is op het voertuig. Als de versnellings-
pook in de stand ACHTERUIT (R) staat,
wordt het videobeeld automatisch overgescha-
keld naar het beeld van de achteruitrijcamera.
(Neem voor meer informatie contact op met
uw leverancier.)
! Nadat de achteruitrijcamera is ingesteld,
dient u de werking te controleren door de
versnelling in ACHTERUIT (R) te zetten;
het beeld van de achteruitrijcamera moet
op het display verschijnen.
! Als het beeld van de achteruitrijcamera op
het display verschijnt terwijl u gewoon voor-
uit rijdt, moet u de instellingen van de ach-
teruitrijcamera aanpassen.
! Houd MUTE/
ingedrukt als u het beeld
van de achteruitrijcamera niet langer wilt
weergeven en wilt terugkeren naar het dis-
play van de signaalbron.
! Raak het bronpictogram RearView aan als
u het beeld van de achteruitrijcamera wilt
weergeven terwijl u rijdt. Raak het bronpic-
togram nogmaals aan om de achteruitrijca-
mera uit te schakelen. Raadpleeg Een bron
selecteren met de toetsen op het aanraakpa-
neel op bladzijde 10 voor meer informatie.
1 Geef het systeemmenu weer.
Raadpleeg Inleiding van de menufuncties op
bladzijde 41.
2 Raak Camera Polarity aan in het sys-
teemmenu om de juiste instelling te selec-
teren.
! Battery – Als de polariteit van de aangeslo-
ten kabel positief is als de versnellingspook
in de stand ACHTERUIT (R) staat
! Ground – Als de polariteit van de aangeslo-
ten kabel negatief is als de versnellingspook
in de stand ACHTERUIT (R) staat
! Off – Als er geen achteruitrijcamera op dit
toestel is aangesloten
Het videoformaat selecteren
U kunt het video-uitgangformaat van REAR
MONITOR OUTPUT instellen op NTSC en
PAL.
1 Geef het systeemmenu weer.
Raadpleeg Inleiding van de menufuncties op
bladzijde 41.
2 Raak Video Output Format aan in het
systeemmenu om het video-uitgangfor-
maat te selecteren.
Opmerking
Vanaf dit toestel kunt u het video-uitgangformaat
alleen instellen voor de bron.
Automatische EQ-meting
(automatische instelling van de
equalizer)
Tijdens de automatische instelling van de
equalizer meet het toestel de akoestische ei-
genschappen van het voertuiginterieur en
maakt het op basis daarvan een curve voor de
auto-equalizer.
Nl
54
Hoofdstuk
11
Menufuncties