Instruction Manual

Aansluiten
Du
6
English
Español
Deutsch
Français
Italiano
Nederlands
<CRD3863-A> 147
Aard niet meer dan één product
samen met de aarde van een ander
product. U dient bijvoorbeeld elke
versterkermodule afzonderlijk, los
van de aarde van dit apparaat te aar-
den. Door de aarde met elkaar te
verbinden, kan er brand en/of schade
aan producten ontstaan als de mas-
saverbinding losraakt.
Opmerkingen
Dit apparaat is bestemd voor inbouw in voer-
tuigen met een negatief geaarde 12-volts
accu. Controleer voor de installatie de accus-
panning van uw voertuig.
Om kortsluiting te vermijden, dient u vooral
voor het installeren de negatieve accukabel
los te maken.
Zie voor nadere informatie over het aansluiten
van de eindversterker en andere toestellen de
gebruikershandleiding en voer de aansluiting
vervolgens uit zoals hierin beschreven.
Wikkel ter bescherming ook isolatieband om de
bedrading waar deze de metalen oppervlakken
van de auto raakt.
Zorg ervoor dat u de zekering alleen vervangt
door een zekering met de stroomsterkte die op
de zekeringhouder wordt aangegeven.
Aangezien een uniek BPTL circuit wordt
gebruikt, mag de zijde van de speakerdraad
niet direct worden geaard en mogen de zij-
den van de speakerdraden niet met elkaar wor-
den verbonden. Zorg ervoor dat zijde van de
speakerdraad wordt verbonden met de zijde
van de speakerdraad op dit apparaat.
Als de RCA aansluiting op het apparaat niet
wordt gebruikt, verwijder dan niet de dopjes die
aan het einde van de aansluiting zijn bevestigd.
Sluit nooit speakers aan met een
uitgangswaarde van minder dan 50 W of een
impedantiewaarde die buiten de specificatie van
4 tot 8 ohm voor uw navigatiesysteem valt.
Wanneer er luidsprekers worden aangesloten
met andere uitgangs- en/of impedantiewaarden,
kan dit tot gevolg hebben dat ze vlam vatten,
beginnen te roken of beschadigd raken.
Wanneer dit product op AAN wordt gezet,
wordt er een controlesignaal afgegeven door
middel van de blauw/witte draad. Maak dan
verbinding met de afstandsbediening van een
extern versterkersysteem (max. 300 mA 12 V
DC). Als het voertuig voorzien is van een
glazen antenne, maak dan verbinding met het
stroomaansluitpunt van de hulpversterker van
de antenne.
Wanneer er in combinatie met dit systeem
een externe versterker wordt gebruikt, zorg er
dan voor dat de blauw/witte draad wordt ver-
bonden met de aansluiting van de versterker.
De blauw/witte draad mag evenmin worden
aangesloten op de stroomklem van de auto-
antenne. Een dergelijke verbinding kan een
excessieve stroomafname tot gevolg hebben,
waardoor het apparaat slecht functioneert.
Daarnaast kan de auto-antenne van het voer-
tuig beschadigd raken.
Om kortsluiting te voorkomen dient u de los-
gekoppelde draad af te dekken met
isolatieband. Het is met name van belang alle
ongebruikte speakerdraden te isoleren.
Wanneer deze onbedekt blijven, kan er kort-
sluiting ontstaan.
Om vergissingen te voorkomen is de
ingangskant van de IP-BUS aansluiting blauw
uitgevoerd en de uitgangskant zwart. Let op
dat u bij het aansluiten deze kleurcode volgt.
Wanneer de auto-antennefunctie wordt
gebruikt door de blauw/witte draad te
verbinden met het voertuig met de auto-anten-
nefunctie, wordt de auto-antenne ontkoppeld
van het voertuig door het contactslot uit te
zetten of het voorpaneel los te maken.
CRD3863A_inst_142-169_NEL 4/9/04 2:38 PM Page 147