Operation Manual
Hoofdstuk 5: Videoclips 63
HOOFDSTUK 5:
Videoclips
De hoeksteen van de meeste videoprojecten in Studio is het gedeelte Album
dat uw opgenomen videoscènes bevat. Om uw bewerkte film te maken,
sleept u scènes vanuit het album naar het venster Film, waar ze als
bewerkbare videoclips worden behandeld.
Dit hoofdstuk geeft aan hoe u de punten “in” en “uit” (start en einde) voor
elke clip moet instellen. De bewerkingsinterface van het venster Film
maakt dit “trim”proces simpel, snel en nauwkeurig. De in dit hoofdstuk
besproken methoden voor het trimmen van video (“Videoclips trimmen”,
pagina 69) kunnen voor het grootste deel ook worden toegepast op andere
cliptypen (zoals titels en geluidseffecten). Deze worden in latere
hoofdstukken besproken.
Een gedeelte verderop in dit hoofdstuk bespreekt meer geavanceerde
bewerkingstechnieken inclusief splitsbewerkingen en invoegbewerkingen.
U kunt deze gebruiken om uw film een professionelere uitstraling te geven.
Zie “Geavanceerde Tijdlijn-bewerking” op pagina 77.
We kijken naar visuele effecten in Studio en naar sommige effecten die u
kunt gebruiken in uw films – om een fout te verbergen, een idee door te
geven of gewoon voor de lol. Zie “Video-effecten gebruiken” op pagina 85.
Tot slot bekijken we SmartMovie, de automatische filmgenerator van
Studio. SmartMovie combineert op intelligente wijze een
muzieksoundtrack met uw videomateriaal om een muziekvideo op de maat
van de muziek te maken. Met een reeks stilstaande beelden kunt u een
diashow maken. Beide modi ondersteunen een reeks stijlopties.