Operation Manual

17NL
7 Telefoonge-
sprekken voeren
Opmerking
• Tijdens een stroomstoring kunt u met de telefoon geen
alarmnummers bellen.
Tip
• Controleer de signaalsterkte voordat u gaat bellen
of terwijl u een telefoongesprek voert. (zie 'De
signaalsterkte controleren' op pagina 13)
Bellen
U kunt op de volgende manieren bellen:
• Normale oproep
• Bellen naar een vooraf gekozen
nummer
• Bellen via de snelkeuzetoets
U kunt ook bellen via de herhaallijst (zie
'Een nummer herhalen' op pagina 30),
het telefoonboek (zie 'Kiezen vanuit het
telefoonboek' op pagina 26) en de bellijst (zie
'Terugbellen' op pagina 29).
Normale oproep
1 Druk op of .
2 Kies het telefoonnummer.
» Het nummer wordt gebeld.
» De duur van het huidige gesprek
wordt weergegeven.
Opmerking
• Controleer of de lijninstellingen zijn ingesteld op [Vaste
lijn] voor vaste lijnen. Zie 'Lijninstellingen' in hoofdstuk
'Telefooninstellingen' voor meer informatie.
Tip
• Als u op de handset [Automatisch] selecteert, wordt
de niet-actieve lijn voor oproepen vooraf geselecteerd.
[Vaste lijn] krijgt hierbij voorrang. Daarna [Mobiel 1] en
[Mobiel 2]. Als u [Handmatig] kiest, kunt u een keuze
maken tussen de drie pictogrammen.
Bellen naar een vooraf gekozen
nummer
1 Toets het telefoonnummer in.
• Als u een cijfer wilt wissen, drukt u op
[Wis].
• Als u een pauze wilt inlassen, houdt u
ingedrukt.
2 Druk op / om de vaste lijn of de
mobiele lijn ( / / ) te selecteren die
u wilt gebruiken voor het plaatsen van een
oproep.
3 Druk op of om het nummer te
bellen.
Opmerking
• Controleer of de lijninstellingen zijn ingesteld op [Vaste
lijn] voor de vaste lijn of op [Mobiel 1]/[Mobiel 2]
voor de mobiele lijn. Zie 'Lijninstellingen' in hoofdstuk
'Telefooninstellingen' voor meer informatie.
Tip
• Als u op de handset [Automatisch] selecteert, wordt
de niet-actieve lijn voor oproepen vooraf geselecteerd.
[Vaste lijn] krijgt hierbij voorrang. Daarna [Mobiel 1] en
[Mobiel 2]. Als u [Handmatig] kiest, kunt u een keuze
maken tussen de drie pictogrammen.
Bellen via de snelkeuzetoets
U kunt het nummer van uw contactpersoon
toewijzen aan en opslaan onder een toets
(zie 'Snelkeuzetoetsen instellen' op pagina
27). Vervolgens kunt u de toets in stand-
bymodus ingedrukt houden om het opgeslagen
telefoonnummer automatisch te bellen.