User manual
18 Philips · NeoPix Ultra 2
TV
• Picture Preset (Vooraf ingestelde foto):
Selecteer een vooraf gedefinieerde
kleurhelderheidsinstelling voor, contrast,
videoweergave, of selecteer User (Gebrkr)
om de kleurenwaarden voor helderheid,
contrast, verzadiging en scherpte aan te
passen.
• Color Temperature (Kleurtemperatuur): Stel
in op Warm om warmere kleuren zoals rood
te versterken; stel in op Cool (Koel) om het
beeld blauwachtig te maken; stel in op User
(Gebruiker) om de kleurenwaarden in de
RGB-modus aan te passen.
• Geometry Corrections (Geometr. correcties):
Selecteer een optie om trapeziumvormige
of vervormde beelden te corrigeren zodat
ze rechthoekig of vierkant worden.
• Auto (Autom.): Automatische correctie
van de vorm van het beeld in- of
uitschakelen.
• Manual (Handm): Handmatige
trapezium- of vervormde
beeldencorrectie in de horizontale
verticale oriëntatie.
• Off (Uit): Correctie van de vorm van het
beeld uitschakelen.
• Projection Direction (Projectierichting): De
projectie op de juiste positie afstellen op
basis van een andere installatie van de
projector.
• Digital Zoom (Digitale zoom):
Projectieweergave afschalen.
Geluidsopties
U kunt de volgende geluidsinstellingenopties
openen.
• Volume: Het volume van de projector
aanpassen.
• Sound Preset (Geluid-voorkeursinstelling):
Selecteer een vooraf ingesteld geluidseffect
of selecteer User (Gebrkr) om de lage en
hoge tonen handmatig in te stellen.
• Audio Output (Audio-uitvoer): De audio-
uitvoer wisselen tussen Internal Speaker
(Interne speaker) en ARC/Optical (ARC/
Optisch). Selecteer ARC/Optical (ARC/
Optisch) als u audio wilt uitvoeren via
HDMI of SPDIF-aansluiting op een digitaal
apparaat (bijv. homecinemasysteem of AV-
ontvanger).
Geplande uitschakeling
Ga naar Sleep Timer (Slaaptimer) om een tijd-
optie te selecteren waarmee de projector
automatisch op een bepaalde tijd wordt
uitgeschakeld.
Andere opties
U kunt de volgende opties eveneens openen.
• Language (Taal): Een taal voor on-
screenmenu's selecteren.
• Software Version (SW Ver.): De softwareversie
van dit product controleren.
• Hardware Version (HW Ver.): De
hardwareversie van dit product controleren.
• Firmware Upgrade (Firmware-upgrade):
Software-update via een USB-apparaat (zie
Software bijwerken via USB, pagina 19).
• Factory Reset (Fabrieksreset):
Standaardinstellingen herstellen.










