Operation Manual

28
Kopiëren
U kunt uw faxapparaat gebruiken om een document op papier te kopië-
ren. Bij het kopiëren gaat het faxapparaat automatisch naar de resolutie
FINE. Bovendien kunt u ook de resolutie PHOTO selecteren.
1 Houd de eerste pagina van het document met de tekst naar boven.
Om te vermijden dat meerdere vellen ineens door het toestel
gevoerd worden, schudt u de documenten samen tot op gelijke
hoogte alvorens ze in de documentdoorvoer te plaatsen (zie ook
hoofdstuk Fax / Documenten invoeren). U kunt maximaal 10
pagina's tegelijk invoeren.
2 Kies de gewenste resolutie door te drukken op FINE/PHOTO
en druk op START/COPY.
3 De door het faxapparaat ingetrekken originele pagina komt aan de
voorkant van het faxtoestel weer te voorschijn.
Wanneer op uw kopie of uw fax niets te zien is, ligt of uw
document papier er verkeerd om in.
U kunt het kopieerproces onderbreken door op de STOP-toets
te drukken.
EASYLINK
Gebruik van andere apparaten
Deze codes zijn van belang, indien u een gesprek of een extra telefoon
wilt aannemen of een gesprek resp. een faxbericht naar uw faxapparaat
wilt doorverbinden.
1 Code om uw faxapparaat via een extra telefoon te starten: *5
2 Seriele aansluiting: Code om via een extra, seriële telefoon een
gesprek naar uw faxapparaat door te verbinden: *0
Zie hoofdstuk Telefoon / Gesprekken doorverbinden.
3 Parallelle aansluiting: Code voor het uitschakelen van het faxtoestel
vanaf een extra telefoon die in parallel aangesloten is: **
Voor faxtoestellen met ingebouwd antwoordapparaat:
deze code wordt tevens gebruikt om het uitgaand bericht uit te
schakelen als het antwoordapparaat al geactiveerd is.
Om van deze functie gebruik te kunnen maken, moet u uw extra tele-
foon resp. draadloze handset op toon-kiezen instellen. Verlangt uw
telefoonaansluiting echter de instelling puls-kiezen, dan moet u uw extra
toestel tijdelijk omschakelen, om toonkiessignalen te zenden. Voor de
juiste gang van zaken zie de gebruiksaanwijzing van uw extra toestel.
! Verander de aangegeven EASYLINK-codes alleen,
als het absoluut noodzakelijk is.
Moet u een reeds ingestelde code toch veranderen, kiest u functie 34
en druk op OK. Voer een code van twee cijfers in. Het eerste cijfer zou
* of # moeten zijn en druk op OK. Voert u deze procedure bij alle 3
de codes door.
Let wel: de drie codes moeten verschillend zijn. Anders verschijnt
op het display:
CODE NIET OK
8 Andere functies