Operation Manual

8:4
Problemen bij het naaien en mogelijke oplossingen
Probleem/Oorzaak Oplossing
De machine slaat steken over
De naald is niet goed geplaatst. Duw de naald helemaal omhoog. De platte kant moet naar achteren
wijzen.
U gebruikt de verkeerde naald. Gebruik een naald met een groot oog (systeem 130/705 H)
De naald is verbogen of bot. Plaats een nieuwe naald.
De machine is niet goed ingeregen. Inrijgpad controleren.
De naald is te klein voor het garen. Gebruik een grotere naald.
De bovendraad breekt
Zie de oorzaken hierboven. Zie hierboven.
De draadspanning is te straks. Stel de draadspanning bij.
Het garen is van matige kwaliteit, heeft bobbeltjes of is
te droog na langdurige opslag.
Only use good quality threads.
Gebruik alleen garen van goede kwaliteit. Gebruik een naald met een groot oog (systeem 130 N).
De naald breekt af
De naald is niet hoog genoeg ingezet. Plaats een nieuwe naald en duw deze helemaal omhoog.
De naald is verbogen. Plaats een nieuwe naald.
De naald is te dik of te dun. Vervang de naald.
De naald is krom en is tegen de steekplaat gekomen,
omdat u aan de stof duwt of trekt.
Oefen slechts geringe druk uit wanneer u de stof begeleidt.
Het spoelhuis is niet goed geplaatst. Bij het inzetten, het spoelhuis op de as drukken tot deze vastklikt.
Trek zachtjes aan het eind van het garen om te controleren of het
spoelhuis goed vastzit.
De naad is ongelijkmatig
De draadspanning moet worden bijgesteld. Controleer de boven- en onderdraadspanning.
Het garen is te dik, heeft bobbeltjes of is hard. Gebruik alleen garen van goede kwaliteit.
De spoel is ongelijkmatig opgewonden. Niet de spoel met de hand opwinden. Controleer of de draad goed
door de voorspanningsschijf is getrokken. Controleer de loop van de
onderdraad.
Het garen maakt lussen aan de boven- en onderkant van de stof
Opnieuw inrijden en let daarbij goed op dat de naaivoet omhoog
staat in de hoogste stand. Dit zorgt ervoor dat de bovendraad goed
door het spanningsysteem wordt geleid.