Operation Manual
6:6
Lettertypen
Uw naaimachine kan hele reeksen letters en woorden naaien door
de lettertypen in de machine te gebruiken. Alle lettertypen bevatten
hoofdletters, speciale tekens en cijfers. De lettertypen Blokletters en
SchrijÁ etters bevatten ook kleine letters.
De letterreeksen worden gemaakt in het lettertypenmenu en aan
het stekenreeksmenu toegevoegd. De lettertypen kunnen worden
gecombineerd met steken en permanent in het geheugen worden
opgeslagen.
Ook als u slechts één letter wilt naaien, moet deze worden toegevoegd
aan het stekenreeksmenu.
Let op: U moet alle lettertypen naaien met het IDT (Ingebouwd
Dubbel Transport) uitgeschakeld.
Functies in het letterreeksmenu
Standaard alfabet
Speciale tekens
Cijfers en speciale tekens
Shift Hiermee wisselt u tussen hoofd- en kleine letters.
Spatie
Grootte-instelling. Raak dit symbool aan en stel de lettergrootte
in door op de functieveldtoetsen te drukken (5).
Gum. Hiermee verwijdert u het geselecteerde teken uit het
invoerveld.
In een reeks opslaan. Hiermee voegt u de letterreeks toe aan
het stekenreeksmenu.
Spiegelen. Spiegelt een geselecteerd teken horizontaal.