Operation Manual
22
Problemen oplossen
Probleem Oplossing Pagina
De stof wordt niet goed getransporteerd - Maak de steeklengte groter.
- Verhoog de naaivoetdruk voor dikke stoffen.
- Verlaag de naaivoetdruk voor dunne stoffen.
- Controleer het differentieeltransport.
16
16
16
15
De naald breekt - Breng de naald op de goede manier aan.
- Trek niet aan de stof tijdens het naaien.
- Draai de naaldklemschroef aan.
- Gebruik een dikkere naald bij dikke stoffen.
7
13
7
7
De draad breekt - Controleer of de machine goed is ingeregen.
- Controleer of er draden in de war of vast zitten.
- Breng de naald op de goede manier aan.
- Breng een nieuwe naald aan, de gebruikte naald kan gebogen zijn of een
botte punt hebben.
- Gebruik garen van een goede kwaliteit.
- Zet de draadspanning lager.
9-12
7
7
27
14
Er worden steken overgeslagen - Breng een nieuwe naald aan, de gebruikte naald kan gebogen zijn of een
botte punt hebben.
- Draai de naaldklemschroef aan.
- Breng de naald op de goede manier aan.
- Verander het type of de maat van de naald.
- Controleer of de machine goed is ingeregen.
- Verhoog de naaivoetdruk.
- Gebruik garen van een goede kwaliteit.
7
7
7
7
9-12
16
27
Onregelmatige steken - Stel de draadspanning beter af.
- Controleer of er draden in de war of vast zitten.
- Controleer of de machine goed is ingeregen.
14
9-12
De stof trekt - Zet de draadspanning lager.
- Controleer of er draden in de war of vast zitten.
- Gebruik dun garen van een goede kwaliteit.
- Kies een kortere steeklengte.
- Verlaag de naaivoetdruk voor dunne stoffen.
- Controleer het differentieeltransport.
14
27
16
16
15
De stof wordt onregelmatig afgesneden - Controleer of de messen goed zijn uitgelijnd.
- Vervang één of beide messen.
21
21
De stof loopt vast - Controleer of de draadafsnijders in de naaistand staan.
- Controleer of er draden in de war of vast zitten.
- Maak dikke lagen stof compacter met een gewone naaimachine voordat
u ze met de lockmachine naait.
De machine werkt niet - Sluit de machine goed aan op de elektriciteit. 5