Operation Manual

3:5
A
B
Naaien
Taperingprogramma
Bij tapering wordt de breedte van de steek
WLMGHQVKHWQDDLHQYHUJURRWRIYHUNOHLQGYRRUD
symmetrische vormen.
1. Open de weergave van het
WDSHULQJSURJUDPPDPHWGH)WRHWV
 *HEUXLNGHSLMOWRHWVHQOLQNVHQUHFKWVRSKHW
wiel om tapering aan het begin of aan het einde
WHVHOHFWHUHQ'UXNRS2.RPGHLQVWHOOLQJDDQ
of uit te schakelen.
 +RXG2.ODQJLQJHGUXNWRPHHQZHHUJDYH
te openen met verschillende hoekkeuzen
voor tapering aan het begin of aan het einde.
6HOHFWHHUPHWGHSLMOWRHWVHQGHKRHNZDDUPHH
u uw werk taps wilt laten toelopen en druk op
2.RPGHKRHNWHVHOHFWHUHQ
 'UXNRSQLHXZRSGH)WRHWVRPGHZHHUJDYH
van het taperingprogramma te sluiten. Er staan
PLQLSLFWRJUDPPHQ$RSKHWJUDÀVFKHGLVSOD\
die u laten zien of tapering aan het begin of aan
het einde is ingeschakeld.
 :DQQHHUWDSHULQJLVLQJHVFKDNHOGDDQKHW
begin en het einde, begint de steekbreedte op
0 wanneer u begint te naaien. De steek wordt
breder totdat de geselecteerde steekbreedte
is bereikt. Naai uw gewenste lengte en druk
op de achteruitnaaitoets. De breedte wordt
verkleind tot 0 mm.
Let op: Op bijna alle steken kan tapering worden
toegepast. Wanneer u de weergave van het
taperingprogramma probeert te openen voor een steek
waarop dat niet kan worden toegepast, hoort u een
waarschuwingssignaal.
Snelheidsregeling
 +RXGGHVQHOKHLGVWRHWVODQJLQJHGUXNWRP
een pop-up te openen waarin u de linker- en
rechterpijltoets op het wiel kunt gebruiken om
de naaisnelheid te veranderen.
Let op: U kunt geen hogere snelheid dan de
standaardsnelheid selecteren.
2. Druk opnieuw op de snelheidstoets om de
pop-up te sluiten.
3. Druk op de info-toets. Een pictogram op het
JUDÀVFKGLVSOD\JHHIWGHQDDLVQHOKHLGDDQ
ZDDURSXZPDFKLQHLVLQJHVWHOG%
4. Druk op de snelheidstoets om de
snelheidscontrole uit te schakelen. Druk
opnieuw op de snelheidstoets om met
de snelheid te naaien die u eerder hebt
geselecteerd.